Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

793 resultaten - Pagina 50 van 53

...  28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53
[11] Alleen die geesten, voor wie het niet nodig was om ter verbetering in een maanmens gelegd te worden, maar die als geesten al een vreselijke afschuw van de aarde kregen, worden daarvandaan naar de hogere regionen gevoerd en ze kunnen dan in het kinderrijk worden opgenomen, wat de hoogste trap van zaligheid voor hen is. Maar het is voor hen onmogelijk om hoger te komen; want hun beperkte hoedanigheden zouden niet in staat zijn een hogere toestand te verdragen, net zomin als een mens op aarde, zolang hij nog in zijn lichaam leeft, het in de fijnste ether zou kunnen uithouden.
Hoofdstuk 75: De mensen op de maan - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Voor zo'n test moest dan een kleine heffing worden betaald, waarna de geëxamineerden, als zij daarvoor belangstelling hadden, een diploma konden krijgen, mits zij daarvoor opnieuw een gering bedrag betaalden. Als een kind zich in heel de examenstof had onderscheiden, kon het worden opgenomen in de tempelschool, hetgeen dan weer uitzicht bood op de mogelijkheid om te zijner tijd tempeldienaar te worden.
Hoofdstuk 1: Joodse godsdienst-examens voor kinderen in de tempel te Jeruzalem. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[3] Konden de ouders van een kind aantonen dat zij tot de stam Levi behoorden, dan was het voor hem gemakkelijker om in de tempelschool te worden opgenomen. Konden zij dat echter niet, dan moesten zij zich in de stam Levi om zo te zeggen 'inkopen' door een belangrijk offer aan de tempel te brengen.
Hoofdstuk 1: Joodse godsdienst-examens voor kinderen in de tempel te Jeruzalem. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[2] Ook al zegt de een of andere sekte: 'Kijk, ik heb geen beelden, dus moet mijn belijdenis de zuiverste zijn!', dan zeg Ik: Beeld of geen beeld maakt niets uit, maar alleen het leven volgens het Woord! Want als men een leer op zichzelf nog zo van alle ceremoniën zuivert om haar beter geschikt te maken om opgenomen te worden door het verstand, betekent dat met andere woorden niets anders dan dat men over een gegeven leer voortdurend redeneert maar er nooit naar leeft. Het is te vergelijken met iemand die een huis koopt en het voortdurend van binnen en van buiten schoonmaakt en poetst om het steeds beter geschikt te maken voor bewoning, maar met al dat werken komt er nooit iemand in wonen. Is dan niet de eerste de beste hut die voortdurend bewoond wordt, beter dan zo'n huis?
Hoofdstuk 73: Over het daadwerkelijk geloof - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Wat de naar de aarde toegekeerde kant betreft, die is met een goed vergrotende kijker al heel duidelijk te zien en ook neemt men waar dat de oppervlakte niet gelijkmatig vlak is, meer zeer bergachtig. Het verschil met de aarde is, dat er ten eerste geen watervlakten te zien zijn en ten tweede dat de gebergten niet zoals op de aarde straalvormig of ketenvormig vanaf de hoogste punten naar beneden uitlopen, maar alleen ringen vertonen die grotere of kleine vlakten insluiten. Er zijn ook wel een paar bergruggen die op de aardse lijken, zowel wat betreft de straal - als ketenvorm, maar deze zijn veel zeldzamer en de straalvormig uitlopende zijn eigenlijk geen bergruggen, maar een ononderbroken rij van kleine ringvormige wallen, waarvan de doorsnede nauwelijks meer dan 50 meter bedraagt. Zulke kleine ringwallen lopen dan met vele duizenden aan elkaar geregen in een rechte lijn door, en wel vanaf een of andere grote ringwal naar een andere toe - een grotere, een even grote of dikwijls ook een kleinere - en ze vormen op deze manier zoiets als straten tussen al de ringwallen. Als men een sterkere kijker neemt, dan zal men deze uitlopers ontdekken als licht glanzende stralen en zien hoe ze zich vanuit een nog helderder en ook hoger gelegen punt naar alle richtingen uitstrekken. Haar celvormige aaneenrijging heeft veel astronomen op een onjuiste gedachte gebracht; ze beweren daar vegetatie te hebben ontdekt, terwijl die toch op de hele naar de aarde toegekeerde kant niet te ontdekken is en ook onmogelijk ooit te ontdekken zal zijn, omdat die daar niet is. Dat zelfde is ook het geval met de nog zeldzamer voorkomende kettingvormige bergketens, omdat deze of zelf uit louter dergelijke ringwallen bestaan en als plompe suikerhoeden aan elkaar geregen op hun top kleine ringvormige verdiepingen hebben; of het kan zijn dat zulke aaneengeregen rotsachtige dammen een grotere vlakte omringen, die soms meer dan 50 mijl groot is en die zelf weer uit niets dan grotere en kleinere ringwallen bestaat, waarin zelfs nog stompe kegels met kleine, ringvormige verdiepingen voorkomen; ja, zelfs de kleine walletjes en hellingen van de kegels zijn vaak nog van zulke ringwalletjes voorzien.
Hoofdstuk 77: De oppervlakte en de geesten van de maan - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[1] Ik keek de Romeinse rechter nu zeer vriendelijk aan en zei: 'U bent weliswaar een heiden, maar u bent eerlijk en u hebt een goed hart; voorwaar, als het echte rijk Gods voor de mensen op deze aarde zal nederdalen, zult u met uw gehele familie daarin niet als laatsten worden opgenomen! En hij die daarin zal worden opgenomen, zal zalig worden en de dood niet zien in eeuwigheid.'
Hoofdstuk 9: De belofte van het Jezuskind aan de Romeinse rechter en de woede daarover van de hogepriester . Hoe de mens kan worden tot een levend woord Gods, zelfs tot een god in God. De beweringen van de hogepriester door Jezus met hantering van de volkscatechismus weerlegd. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[17] Op die leugenachtige plek hebt gij toen ook nog een witte gedenksteen geplaatst, waarin gebeiteld was: 'Vanaf deze plaats werd de man Gods Zacharias ten hemel opgenomen'. Zó hebt u zich voor het volk schoongewassen en de man Gods zelfs vereerd door het zingen van allerlei psalmen, terwijl ge hem nota bene als diens ergste vijanden had overvallen en als roofmoordenaars, tussen het allerheiligste en het grote offeraltaar hebt gewurgd, toen hij daar op zijn knieën lag te bidden !
Hoofdstuk 26: Vertoornd wederwoord van de opperpriester. Voorspelling door de jeugdige Jezus over de roeping der heidenen tot Godskinderen in plaats van de joden en over de verwoesting van de tempel en van Jeruzalem. De waarheid over de dood van Zacharias. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[19] Kijk, zo zal het gaan en zo zullen de verhoudingen liggen, en die zullen in der eeuwigheid niet meer anders worden! Want met jullie en met jullie tempel zal Ik in de toekomst nooit meer in enige gemeenschap staan. Weliswaar kwam Ik naar jullie toe om jullie te redden; maar jullie hebt Mij niet erkend en niet opgenomen. Later, als de zaak voor jullie erg beklemmend zal gaan worden, zullen jullie Mij wél opzoeken, maar dan zal Ik jullie niet meer erkennen en ook niet meer opnemen! -Hebben jullie Mij begrepen?'
Hoofdstuk 29: De strikvraag van de opperpriester. Het afwijzend antwoord van de jeugdige Jezus. Verzoek van Barnabas om uitleg van Jesaja 54:4-9 en de inwilliging daarvan door de Heer . - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[3] Voor mij is Hij dan ook vrij van en hemelhoog verheven boven al onze Romeinse wetten, en tevens vrij en verheven boven jullie overigens weinigzeggende tempelwetten, waarbij ik dan nog deze plechtige verklaring afleg, dat deze tempel bij lange na niet waardig genoeg is om Zijn Heilige Persoonlijkheid te mogen opnemen. Even vaak als het Hem zou believen dit slechte Jeruzalem te bezoeken, even vaak zal Hij in mijn duidelijk zuiverder paleis allervriendelijkst worden opgenomen, nadat Hij met alle eer die sterfelijke wezens maar kunnen bewijzen aan een onsterfelijke en almachtige Godheid, zal zijn welkom geheten.
Hoofdstuk 31: Slotrede van de Romeinse rechter. Vraag van de Romein naar de verblijfplaats van Jezus' ouders~ Antwoord van Jezus. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[11] Naast het verteringsproces werkt de minerale kost als de zogenaamde zuil van Volta voor het ontbinden van het fijne waterstofgas, dat dadelijk naar vrije verkiezing uit het herhaaldelijk opgenomen water kan worden ontwikkeld en wel op de al eerder bekend gegeven manier* (* Zie vliegende vis.)
Hoofdstuk 4: De inwendig lichamelijke opbouw van duiven en andere vogels - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[12] De zuurstof namelijk, of het zure uit het water, verbindt zich met het gelijksoortige minerale uit de stenen. Ook het bijzonder zware vet uit het gas wordt afgescheiden door een buitengewoon fijn organisch filter. Het zuivere gas echter stroomt in talloze kleine organen in de schacht van d e veer; deze organen worden van tevoren gevormd door nevenorganen uit het afgescheiden vet, vermengd met andere uit het bloed opgenomen vloeistoffen. Er bevindt zich namelijk in de schacht een zogenaamde 'ziel' of 'veermoeder', die uit vele aan elkaar gerijgde blaasjes is gevormd.
Hoofdstuk 4: De inwendig lichamelijke opbouw van duiven en andere vogels - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[18] Wat echter bij zulk een proces van de zogenaamde koolstof wordt ontbonden, verzamelt zich in een eigen kleine galblaas en wordt door de maag weer opgenomen als iets zwaar verteerbaars in de vogelmaag komt, wat vooral bij de duif vaak het geval is.
Hoofdstuk 4: De inwendig lichamelijke opbouw van duiven en andere vogels - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[5] Tegelijk met deze vraag komt ook de andere vraag naar de zin en het nut van al het geschapene naar voren, evenals de vraag naar het doel waarnaar al het geschapene streeft. Op deze elementaire vragen geeft het gezamenlijk werk van Lorber, dat een religieusgeestelijke levensleer zonder leemten aanbiedt, vanaf de oorsprong der schepping tot aan haar voltooiing, een overtuigend antwoord. De basis van deze scheppingsleer vormt het 'Grote Evangelie van Johannes', dat uitelf delen bestaat, waarin de allesomvattende licht en levensleer van Jezus Christus is vastgelegd. Lorber ontving echter ook (naast andere grote werken met religieuze inhoud) enkele kleinere werken over het natuurgebeuren. In dit boek zijn stukken opgenomen uit 'Himmelsgaben’, 'Die Fliege', 'Der Grossglockner' en 'Naturzeugnisse'.
Hoofdstuk 1: Inleiding - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[3] In elke bes vind je één of meer hartvormige pitten. Uit deze hartvormige pitten kan men altijd de gevolgtrekking maken dat een plant min of meer volkomen is. Want evenals het hart van de dieren steeds meer overeenkomt met het hart van een mens naarmate deze dieren meer volkomen worden, is dat ook het geval met de pitten uit het plantenrijk. En de verenigde geesten van zulke meer edele gewassen kunnen bij hun ontwikkelingsproces ook een groot aantal dierlijke trappen overslaan, ja zelfs vaak dadelijk in de klasse van de mensen worden opgenomen.
Hoofdstuk 7: Het evangelie van de wijnstok - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[15] Hebben ze de aarde bereikt, dan worden ze door de zacht geworden materie opgenomen en de vredelievende watergeesten weken weer los van hun vaste korrels. At heeft zo'n hagelstorm hier en daar aan het gewas schade aangericht, toch moet men daar niet te zwaar aan tillen. Want deze schade staat niet in het minst in verhouding tot die, welke ontstaan zou als de vredesgeesten naar Mijn wil niet zo actief de hand legden op de 'ontijdige' verstoorders van de wereld. Deze zouden anders dadelijk in hun vrijheid ontbranden en dan zou het de aarde vergaan als een grote hoop buskruit.
Hoofdstuk 10: Over aardschokken en weersverschijnselen - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
...  28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53