Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1529 resultaten - Pagina 6 van 102

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[2] Bekijken we nu de hartstocht van de lichamelijke zinnelijkheid. Denk deze hartstocht eens geheel weg en stel je de mensheid eens zo hemels kuis voor als maar mogelijk is, en dan zul je een lofwaardig behagen scheppen in een tot de grijze ouderdom durend zo rein mogelijk maagdelijk en een zo kuis mogelijk vrijgezellenleven. Stel je nu echter alle mensen in zo'n zeer kuise toestand voor en vraag je dan eens af: Hoe zal het dan gaan met de in de orde van God vereiste voortplanting van het mensengeslacht? Hieruit kun je dus opmaken dat ook deze hartstocht bij de mens behoort, omdat de aarde anders maar al te gauw ontvolkt zou worden! Dat er te veel mensen zijn die jammer genoeg bezeten zijn door deze hartstocht, zoals dagelijks te zien is, is zonder meer waar, en zo'n ontaarding is altijd tegen de orde van God en dus een zonde. Maar toch is die frequente ontaarding van deze hartstocht altijd nog veel beter dan de algehele uitroeiing daarvan.
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Als echter alle aarden en zonnen geheel in mensen zijn opgegaan, zal ook van die e n e niets meer over zijn dan alleen maar zijn 'ik' dat in volkomen eenzaamheid zich na tijden der tijden zal moeten gaan omkeren, wanneer het zich niet wil prijsgeven aan een eeuwig versmachten. Dan zal er geen stoffelijke zon en geen stoffelijke aarde meer in de eeuwige eindeloze ruimte rondcirkelen, maar overal zal een wonderheerlijke nieuwe geestelijke schepping met zalige vrije wezens de eindeloze eeuwige ruimte vullen, en Ik zal als altijd dezelfde God en Vader van alle wezens zijn van eeuwigheid tot eeuwigheid, en deze gelukzalige toestand zal daarna nooit eindigen. Daar zal één kudde, één schaapsstal en één herder zijn!
Hoofdstuk 63: De terugkeer van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Nu hebben de in de bergen verblijvende natuurgeesten uit de lucht wat meer vastheid opgenomen. Zij hebben niet zo'n bijzondere behoefte om in het vlees verwekt en dan vleselijk uit een vrouw geboren te worden; zij blijven liever, als zij een redelijk goede intelligentie hebben, zo lang mogelijk in de vrije ongebonden toestand. Ze hebben zelfs gevoel voor rechtvaardigheid en vrezen Gods geest, waarvan zij vaak een tamelijk duidelijk begrip hebben, dat wil zeggen altijd maar een paar uit hun midden, die aloud geworden zijn. De jongere in dit gezelschap opgenomen geesten zijn gewoonlijk nog erg duister en vaak ook kwaadaardig en zouden veel kwaad aan kunnen richten als ze niet door de ouderen in toom gehouden werden. Hun voornaamste bezigheid is het vormen van allerlei metalen in de bergen, deze te ordenen en in de spleten en gangen van de bergen te laten groeien.
Hoofdstuk 64: Essentie, leven en werk van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Dat was te veel voor Bab en zijn VROUW, en zij zei tegen haar man: "Beste Bab, merk je niet dat wij beiden grote zondaars zijn, en dat hier in de mens Jezus, God Zelf aanwezig is? Is Hij niet Degene, over wie alle profeten tot en met Zacharias en diens zoon Johannes geprofeteerd hebben? Is Hij niet Degene, die David zijn Heer noemde, toen hij zei: 'De Heer sprak tot mijn Heer'? Is Hij niet Degene, over wie de grote David spreekt, als hij zegt: 'Maak de poorten der stad hoog en de ingangen breed, opdat de koning der ere binnen kome! Maar Wie is de koning der ere? Het is de Heer Jehova Zebaoth!'? Lieve man, hier is Jehova en niemand anders! Wij echter zijn zondaars en onwaardig in Zijn omgeving te blijven! Kom, laten wij ons volgens de wet van Mozes reinigen, dan kunnen wij daarna terugkomen en bij Hem zijn!"
Hoofdstuk 71: De onsterfelijkheid van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De JONGEN zegt: "Beste oom, maakt u zich daarover maar niet ongerust! Hij, Die mij uit de dood heeft opgewekt, zou zeker mijn maag niet zo'n grote eetlust gegeven hebben, als het schadelijk voor de maag zou zijn nu wat meer voedsel tot zich te nemen dan anders bij een regelmatig verzadigde toestand, want het is voor een mens geen grapje om anderhalf jaar dood en zonder voedsel te zijn geweest! Als u dat eens zelf zou ondervinden en mijn nieuw geschapen maag zou hebben, dan zou u mijn eetlust gemakkelijk begrijpen. Maar niet ieder mens kan dit meemaken, en daarom heeft het geen zin om daarover met mij te redetwisten. Behalve Degene, die mij opgewekt heeft, weet ik nu het best hoe het met mij gaat, en maakt u zich maar niet bezorgd of een paar vissen, een stuk brood en een beker wijn mij ook maar in het minst zullen schaden!"
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Bij deze woorden loopt JOSOË vlug om de hele tafel heen, omarmt Mij en zoent Mij bijna half dood en zegt dan heel uitgelaten, maar tevens met een zeer wijze blijheid: "Kijk hierheen, alle hemelse geesten, machten en krachten, en bedek je aangezicht! Want dat wat hier gebeurde hebben jullie nog nooit beleefd! De eeuwige heilige Vader, die hier bij ons in de Zoon Jezus persoonlijk aanwezig is, laat Zich tastbaar liefkozen door een van Zijn schepselen!
Hoofdstuk 78: De hemelse wijsheid of de duivelse leugen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Dan staat Chiwar op en merkt, dat er behalve Borus en Jaïrus en Maria en Mijn broers geen vreemde meer aanwezig is, zelfs de twaalf voornaamste leerlingen zijn nergens te bekennen, en hij vraagt Mij wat er gebeurd is.
Hoofdstuk 85: Zegening van Chiwar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] CHIWAR zegt: "Oho, als men meer dan vier dagen in het graf ligt te vergaan en de lijklucht maar al te goed tot iedere nog zo afgestompte neus doordringt - zoals wij allen ondanks alle zalfjes maar al te grimmig ondervonden hebben toen wij haar naar de groeve begeleidden en daar de klaagliederen ten einde toe zongen, dan is er van bewusteloosheid geen spoor meer aanwezig! Maar Jezus, de goede Heiland, kon wonderbaarlijk wat alleen God kan. Hij riep haar slechts door een woord, zonder enig hulpmiddel, ogenblikkelijk weer in het aangename leven terug, en thans is zij levendiger en gezonder dan zij ooit in haar hele leven was, -want zij is nog zeer jong en telt nauwelijks zestien lentes!"
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Naar mijn mening stemt alles van deze Jezus daarmee overeen: de afstamming staat authentiek vast, en zulke daden, die de aarde op haar bodem nooit heeft meegemaakt, zijn ook overvloedig aanwezig. Daarom weet ik echt niet wat ons zou verhinderen om Hem als Diegene aan te nemen, die Hij zeer duidelijk is!?
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Daarop gingen de dienaren terug om de klaargemaakte spijzen binnen te brengen. Maar ze zetten heel grote ogen op als ze zien dat er niets meer van hun klaargemaakte spijzen aanwezig is, maar dat de provisiekamer vol staat met de beste en zeldzaamste spijzen en de edelste vruchten en de allerbeste wijn. Vlug komen ze terug en vertellen vol verbazing, wat er, terwijl ze hier waren, allemaal in de keuken gebeurd was, en ze vroegen tevens of zij de nieuwe spijzen moesten binnenbrengen of dat ze opnieuw moesten gaan koken.
Hoofdstuk 115: Jarah ziet de geopende hemel.(17.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Het mooiste voorbeeld ziet men echter bij uw Mozaïsche godsdienst! Lees Mozes en kijk daarna naar de tempel, en zeg mij of er nog wel iets aanwezig is van de oude wijsheidsleer! God zelf moet in de woestijn aan de Rode zee vanaf de Sinaï onder bliksem en donder aan het bevende volk Zijn waarlijk heilzame voorschriften op stenen tafels gegeven hebben en het oude verbond tussen Hem en Zijn volk hebben bevestigd. Die het waagden afvallig te worden, werden ogenblikkelijk gestraft met allerlei kwalen en zelfs met de dood! Maar waar was dat allemaal goed voor? Vraag maar eens naar de afgrijselijke mysteriën van de tempel en ze zullen u de voor de hand liggende bewijzen leveren van de vergankelijkheid!
Hoofdstuk 106: Hoe de Romeinse hoofdman de wereld ziet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[15] Ebahl brengt alle handen en voeten, die er maar buiten Mijn Jarah in huis aanwezig zijn, in beweging en in korte tijd staat er een goed voorziene tafel.
Hoofdstuk 117: Aankomst van zieken en Farizeeërs bij Ebahl. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] IK zeg: "O jij kleine wijsneus! Wie zou zoveel stralend licht in jou zoeken!? Ik zeg je dat er op aarde maar heel weinig zijn zoals jij, maar één ding moet Ik nu ondanks al Mijn grote liefde voor jou zeggen, en dat is, dat je in de toekomst veel zuiniger om moet gaan met je zuivere wijsheid en dat je alleen dan je mond moet opendoen als het werkelijk nodig is. Hier is het echter niet nodig, omdat Ikzelf, zoals je ziet, aanwezig ben en ook in staat ben de vragen van iedereen heel passend en diepgaand te beantwoorden!
Hoofdstuk 130: Een wonderbaarlijke bergbeklimming. Bij Genezareth op de berg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] IK zeg: "Het zijn engelen en zij werden eindeloos lang geleden geschapen vóór er ook maar een spoortje van een materiële schepping aanwezig was. Roep er maar een en overtuig je dat hij net als alle anderen een heel volmaakt echt wezen is! Daarbij moet Ik je nog zeggen dat, hoe licht en etherisch zij er ook uitzien, ieder van hen toch zo sterk is en zo'n kracht en macht in zich heeft, dat de kleinste en zwakste van hen in een ogenblik de gehele aarde zo zou kunnen verwoesten dat daarvan ook niet het kleinste stofje over zou blijven! Nu je dit weet, kun je er een roepen en laat hem een paar proeven uitvoeren!"
Hoofdstuk 134: De opheffing van de zee van Galiléa. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Kijk, de gehele wereld en alle hemelen zijn slechts gedachten en ideeën van God die door Zijn almachtige onwankelbaar vaste wil vastgehouden worden. Als Hij Zijn ideeën nu terugtrekt en Zijn gedachten loslaat, vergaat in datzelfde ogenblik het zichtbare geschapene. Denkt Hij echter iets nieuws en houdt Hij dat met Zijn almachtige wil vast, dan is dat geschapene ook al voor iedereen zichtbaar aanwezig!"
Hoofdstuk 136: Engelenmacht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...