Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

242 resultaten - Pagina 6 van 17

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17
[1] (De Heer:) 'Ikzelf heb satan eens in een beeld voor Mijn eerste leerlingen laten verschijnen, en zij schrokken daar geweldig van. Iets dergelijks gebeurde ook herhaalde malen bij de aartsvaders van deze aarde; maar destijds werd daar geen verklaring in woorden bij gegeven omdat de ouden, die wijs waren uit de geest, de symbolische voorstelling langs de weg van innerlijke overeenkomsten goed begrepen en daarom ook zeiden: het is verschrikkelijk om in de richtende handen van God te vallen, dat wil zeggen: het is verschrikkelijk voor een ziel, die al eens tot volledig zelfbewustzijn gekomen is, om zich weer gevangen te laten nemen door de onveranderlijke wet van het dwingende gericht van de goddelijke wil in de materie.
Hoofdstuk 35: Over de persoonlijkheid van satan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Maar toch konden deze nieuwe leerlingen zich nog geen juiste voorstelling maken van de uiterlijke vorm van de aarde, ondanks de wijze woorden van Rafaël.
Hoofdstuk 147: Sneeuw en ijs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Daarom zei de hoofdman tegen Rafaël: 'Ik kan mij het meeste van wat je ons geleerd hebt nu wel heel goed voorstellen, omdat ik begrijp hoedanig die geesten of die geheime krachten van de natuur overal zijn en hoe ze werken; maar van de vorm van de aarde heb ik nog geen juiste voorstelling. Zou jij mij niet een beeld van haar gestalte en hoedanigheid willen schetsen, waarbij ik me alles beter kan voorstellen?'
Hoofdstuk 147: Sneeuw en ijs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Rafaël zei: 'Mijn beste vriend, met woorden gaat dat absoluut niet, want al zou ik je de gestalte van de aarde een jaar lang beschrijven, dan zou jij er nog geen volkomen juiste voorstelling van hebben; maar ik zal voor jullie nieuwelingen iets anders doen om jullie duidelijker voor te lichten over de gestalte van de aarde, en wel, als jullie dat willen, hetzelfde wat ik bij jullie gedaan heb om het voortleven van de ziel na de dood van het lichaam te verklaren. In zo'n verhoogde toestand van zien van de ziel zullen jullie voor een paar ogenblikken de hele aarde kunnen overzien en je op die manier dan de meest ware voorstelling van haar gestalte kunnen vormen.
Hoofdstuk 147: Sneeuw en ijs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Kado zei: 'Omdat U, o Heer en Meester, het wilt, zij het zo in Uw naam! Om deze kwestie voor alle aanwezigen aanschouwelijker en duidelijker weer te geven, zal het nodig zijn om ook iets meer te vertellen over het gebied, waar dat wonderbaarlijke mij overkomen is, aangezien sommigen van de aanwezigen zich waarschijnlijk geen voorstelling kunnen maken van dit eiland, dat voor het grootste deel nog ons bezit is. En nu dus ter zake!
Hoofdstuk 177: Het merkwaardige verschijnsel op het eiland Patmos (7.6.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Want kijk! De mens is als een reiziger die op een sombere dag reist, wanneer er dichte nevels over dalen en bergen liggen. Hoewel zulke nevels de hele overigens prachtige omgeving totaalonzichtbaar maken, bestaat die omgeving wel; alleen kunnen de zuivere beelden daarvan het oog van de reiziger niet bereiken, en kan hij zich dus ook geen voorstelling vormen van wat de dichte nevel voor zijn ogen verbergt. Hij kijkt wel naar de weg en ziet aan de maar vaag zichtbare tekenen op de weg dat hij waarschijnlijk wel op de goede weg loopt. Maar vaak komen er zijwegen en die vervullen hem dan weer met vrees en zorg, omdat hij niet precies kan weten welke weg eigenlijk de goede is. Hij wacht, of er niet een andere reiziger hem tegemoet of achterop komt. En er komen er ook wel enkelen; maar het vergaat hun net als hem, die van hen wilde horen welke de goede weg is. De één denkt dat de middelste weg waarschijnlijk wel naar de genoemde plaats zal leiden; een ander zegt dat het de plek is waar de weg naar de genoemde plaats naar rechts buigt; een derde beweert het tegendeel, en een vierde geeft de volgende mening: 'We weten hier geen van allen de weg; laten we daarom rechtsomkeert maken en in de plaats blijven vanwaar we vertrokken zijn, tot de nevel optrekt; daarna kunnen we met zekerheid onze tocht beginnen!'
Hoofdstuk 77: Gelijkenissen van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Weliswaar hebben wij .ook op de berg en bij de grootse uiteenzetting van de zes scheppingsperioden de aarde wel heel schitterend door U uitgelegd gekregen; maar nu hebben wij van haar tegenwoordige gesteldheid een heel duidelijke en juiste voorstelling gekregen, en die is voor ons ook van groot belang. Wij zullen het nu in de loop van de tijd en door onze invloed op het onderwijs aan de jeugd wel zover brengen, dat men de aarde niet meer zal beschouwen als een grote cirkel met landen, maar als een grote bol, en dat de dag en de nacht niet tot stand komen doordat de zon dagelijkse om de aarde cirkelt, maar enkel doordat de aarde zelfstandig draait om haar as door haar middelpunt, in een tijd van 24 á 25 van onze uren. O, dat is een heel groot voordeel voor ons ware onderwijs; wij zullen ons ook alle moeite getroosten om ervoor te zorgen dat in eerste instantie onze kinderen in alle opzichten een zo juist mogelijk onderwijs zullen krijgen.'
Hoofdstuk 97: Over het materialistische onderzoek van de natuur - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Ik zei: 'O Mijn vriend, jij bent nu wel heel blij en enthousiast in je ziel en maakt een vergelijking met de ware, eeuwige hemel, door die met deze vergankelijke ochtendpracht gelijk te stellen; en dat is je zeer wel te vergeven omdat je je op deze aarde niet de allerminste voorstelling kunt maken van de eindeloze, onvergankelijke schoonheid en heerlijkheid van Gods hemelen! Als Ik je nu voor maar één ogenblik in de geest daarin zou verplaatsen, zou je niet meer op deze aarde kunnen leven, want de onbeschrijfelijk grote schoonheid van de hemelen, het licht, de vriendelijkheid en het hoogste gevoel van welbehagen van het leven zouden jouw vlees in één ogenblik vernietigen en de zintuigen van je ziel dermate verzwakken en verdoven, dat zijzelf zou neervallen en lange tijd als het ware dood en volkomen bewusteloos zou blijven liggen. Ik zou haar dan de herinnering aan wat ze gezien en ervaren had volledig moeten ontnemen, anders zou een bestaan waar dan ook buiten de hemelen absoluut niet meer mogelijk zijn. Maar daarom moet iedere zielook stap voor stap geleid en gestuurd worden en moet ze puur en zuiver worden als het zuiverste goud, zodat ze dan in staat is om de eindeloze vreugden van Gods hemelen binnen te gaan.
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] De verschijning van een dergelijke geest, die gewoonlijk zeer grof is, brengt vervolgens degene die hem liet roepen, tot een geloof in het voortbestaan en voortleven van de mensenzielen na de dood van het lichaam -maar wat is dat voor een geloof? Kijk, een totaal verkeerd geloof1 Dit geloof is de mens dan ook niet alleen tot geen enkel nut, maar schaadt hem vaak heel erg; want ten eerste geeft het degene die hem liet roepen, een zeer grove materiële voorstelling van een geest, en ten tweede brengt het de blinde en lichtgelovige oproeper door allerlei bedreigingen en slechte profetieën tot grote vrees en angst, in het bijzonder wanneer hij de geestenbezweerder een ontoereikend verbazingwekkend groot offer gebracht heeft.
Hoofdstuk 132: Over het bezweren van geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik kan mij er nu natuurlijk geen voorstelling van maken waar en wat voor soort grote steden de mensen mettertijd nog zullen bouwen en hoe zij de kracht van de elementen en zelfs die van de bliksem zullen regelen en beteugelen om die te gebruiken -maar ik en ongetwijfeld wij allemaal zijn blij dat wij dat niet begrijpen en dat wij die kracht nog door Uw wijsheid en macht geleid zien; want als wij dat nu al zouden begrijpen, dan zou die vreselijke tijd van loutering door die vier soorten vuur beslist nog eerder aanbreken dan U, o Heer en Meester, ons die nu aangekondigd hebt.
Hoofdstuk 187: De voorwaarden voor de wederkomst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zei: 'Jij bent heer in je eigen huis en kunt doen wat jou goed dunkt! Daar hebben wij niets mee te maken en wij zullen ons ook niet druk maken om hun heidense voorstelling. Ik moet heel veel dwaasheden van de mensen met alle geduld en lankmoedigheid verdragen; waarom zou Ik deze domheid dan niet ook verdragen? Maar vraag de Grieken of zij nu zo'n nietszeggende en voor de mensheid totaal nutteloze voorstelling wensen! Als zij dat graag willen, kunnen ze zich door deze armzalige mensen een paar van hun kunsten laten vertonen; maar als de Grieken het niet graag willen, kunnen ze deze acrobaten ook laten gaan.'
Hoofdstuk 13: De brutale acrobaten en hun terechte bestraffing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Met dat antwoord waren de acrobaten niet erg tevreden, en de leider van hun groep zei: 'Heer, wij zijn met onze kunst bijna de halve wereld rondgereisd en zijn overal zeer bewonderd; het is ons nog nooit geweigerd een voorstelling te geven! Wij zijn op zijn minst echte halfgoden en zijn de voornaamste gunstelingen van de grote god Mars evenals van Apollo en de negen Muzen, en die zullen zich op dit huis wreken voor de smaad die ons hier is aangedaan!'
Hoofdstuk 13: De brutale acrobaten en hun terechte bestraffing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Wie dat nu begrepen heeft, zal ook Mijn vraag begrijpen, namelijk of Ik in die tijd wel enig geloof zoals nu op aarde zal aantreffen. Zo'n geloof als nu zal Ik in die toekomstige tijden zeker niet meer aantreffen -maar een ander! Waar dat uit zal bestaan, daar kunnen jullie je nu geen voorstelling van maken; maar desondanks zal het toch eenmaal zo gebeuren als Ik jullie nu van tevoren heb gezegd!'
Hoofdstuk 89: Hoe het in de toekomst met het geloof gesteld zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Aangezien U dat nu voor Uw leerlingen hebt willen doen, die toch ook maar joden en mensen zijn, zou U die wonderbaarlijke dingen niet ook voor ons heel in het kort kunnen toelichten op zo'n manier, dat ook wij een duidelijker voorstelling krijgen van wat wij over de maan, de zon en alle sterren, verduisteringen, de schrikwekkende kometen en ook de vele vallende sterren moeten denken en geloven? Want op dat gebied zijn wij er niet veel beter aan toe dan de heidenen.'
Hoofdstuk 92: De wijsheid van Mozes en Jozua - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Toen de Arabier samen met verscheidene hier aanwezige stamgenoten dat uit Mijn mond gehoord had stond hij aanvankelijk versteld, maar hij vermande zich al gauw en zei: 'Ja, wijze en machtige heer en meester, u hebt heel duidelijk gesproken en ik zie de waarheid van uw woorden in; maar die waarheid is in ons aardse leven niet zo gemakkelijk na te volgen als men zich op het eerste gezicht voorstelt. God boven alles liefhebben en ook werkelijk in Hem geloven en daarom ook zijn naaste meer liefhebben dan zichzelf, dat zou heel gemakkelijk zijn en tegelijkertijd iets zeer zaligmakends, als aan dat alles niet de juiste en ware kennis van God vooraf moest gaan! Maar hoe kan men één enig ware God kennen en zich een voorstelling maken van hoe Hij is en waar Hij is?
Hoofdstuk 195: Het verlangen van de Arabier - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17