Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

242 resultaten - Pagina 7 van 17

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17
[8] De Griek zei: 'Vriend, wij danken je voor dit werkelijk zeer wijze onderricht en beloven je, dat wij daar van nu af aan getrouw naar zullen leven en handelen! Maar omdat het nog niet zo laat in de avond is en ik uit jouw woorden en uit wat je aan mij hebt gedaan opgemaakt heb dat jij de enig ware God heel goed kent en ook Zijn liefde en vriendschap geniet, omdat je volledig volgens Zijn wil leeft en handelt, kun je ons vanuit het goddelijke licht in jou toch ook nog wel enigszins uitleggen, hoe God zonder stof of materie deze aarde uit Zichzelf heeft kunnen scheppen. Ik heb weliswaar al gezegd dat de stof, waaruit alles is geschapen, enkel en alleen bestaat uit de almachtige wil van God; maar desondanks vraag ik me nog af hoe het mogelijk is dat uit de zuivere wil van God de stof en de materie zijn ontstaan. Als wij Grieken ons daar ook maar enige voorstelling van zouden kunnen maken, zouden wij buitengewoon tevreden zijn.'
Hoofdstuk 12: De Heer spreekt vermanende woorden tot de Grieken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Er woont hier een arts in goede welstand met een vrouw, die, zoals iedereen weet, vroeger wat haar kuisheid betreft niet zo'n goede naam had. De genoemde arts zou die Man heel goed gekend hebben en van Hem ook de wonderkracht gekregen hebben om allerlei zieken enkel door het opleggen van zijn handen te genezen. Van die arts heb ik dan ook het meeste over die Man der mannen gehoord. Hij heeft mij ook Zijn uiterlijke gestalte beschreven; maar bij de beste beschrijving blijft de werkelijkheid steeds in het duister. Je vormt je in je fantasie wel een beeld, dat tenslotte echter toch niet overeenkomt met de werkelijkheid. En ik kan mij dus om heel begrijpelijke redenen geen juiste voorstelling maken van de gestalte van die grote Godmens.
Hoofdstuk 51: De waard vraagt naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Dat de armen de rijken benijdden en door allerlei listen hun rijkdom begonnen te verminderen, waardoor diefstal, roof en moord ook niet lang op zich lieten wachten, is een vanzelfsprekende zaak. Want wanneer het materialisme steeds meer de overhand krijgt, gaat het geestelijke te gronde, en uiteindelijk wordt God voor de mensen een oud, versleten, onbeduidend en waardeloos begrip waar ze zich geen voorstelling meer van kunnen maken. Dan worden totale goddeloosheid en daarmee alle denkbare kwaden op de meest gewetenloze manier algemeen gangbaar onder de mensen, de mensen grijpen naar de wapenen, en het deel van de mensen dat zich beter acht probeert het slechtere deel met geweld te onderwerpen; en als dat gelukt is komen er wetten, waarop bij het niet in acht nemen de strengste straffen staan. En zo ontstaan dan de machthebbers en daar tegenover de slaven op aarde.
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Na dit onderlinge overleg wendden de leerlingen zich tot Mij en zeiden: 'Heer en Meester, U hebt ons al verschillende keren gezegd dat het ons gegeven zal zijn de geheimen van het rijk Gods goed te begrijpen, en U hebt ons ook al zoveel dingen duidelijk onthuld, dat wij in de geest Uw oneindige schepping en nog duizend andere dingen goed begrijpen, waar nog geen enkele geleerde zich ooit een voorstelling van heeft gemaakt en waar hij zich door eigen speuren en zoeken ook nooit een volkomen duidelijke voorstelling van zal kunnen maken, om welke reden alle menselijke kennis tot nu toe dan ook stukwerk is. Zeg ons nu toch ook eens wat meer concreets over Uw wederkomst! In welke tijd zult U wederkomen, en waar en hoe? Want wij zijn van mening dat ook dat hoort bij het begrijpen van de geheimen van Gods rijk.'
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Toen de Romeinen deze aardbol bijna een uur lang heel aandachtig hadden bekeken, waarbij Rafaël hun alles met enkele woorden begrijpelijk uitlegde, en zij zo een juiste voorstelling van de aarde hadden gekregen, zeiden ze alledrie: 'O, wat zijn de mensen toch nog blind en wat hebben ze een belachelijk domme voorstellingen van de aarde, die hen draagt en voedt!'
Hoofdstuk 14: Rafaël als leraar in de astronomie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Toen Rafaël alle genoemde planeten op de beschreven wijze aan de Romeinen had getoond, zei hij verder tegen hen: 'Het is niet voldoende dat jullie nu weten, dat het met deze sterren heel anders gesteld is dan zoals het tot nu toe totaalonjuist in jullie voorstelling bestond. jullie moeten ook heel duidelijk begrijpen in wat voor verhouding alle planeten, die jullie nu hebben gezien, tot de zon staan; dus let nu op!
Hoofdstuk 15: Rafaël verklaart de verhoudingen van de planeten tot de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Neem het ontelbare aantal zeer uiteenlopende begrippen en ideeën, die een ziel met slechts enige ontwikkeling uit zichzelf kan ontwikkelen en waarvan ze zich ook een voorstelling kan maken -juist of minder juist, dat is vooralsnog niet belangrijk; als ze niet in zekere zin tot een alomvattend geheel samengesteld zou zijn, zou ze evenmin als een os of een ezel in staat zijn om een ontwerp voor de bouw van een koninklijke burcht te tekenen en de burcht volgens die tekening te bouwen.
Hoofdstuk 22: De samenstelling van de menselijke ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Laten wij nu dus opgewekt en vrolijk zijn; want alles wat de Heer wil, doet of toelaat is zo eindeloos goed, dat wij daar geen voorstelling van hebben! Wij kunnen nu heel opgewekt naar huis gaan en een stellig goed toebereid ochtendmaal tot ons nemen, als U, o Heer, dat welgevallig is?'
Hoofdstuk 42: De commandant troost de leerlingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Al deze nuttige dingen voor het leven en nog veel meer hebben de mensen aan verschillende, oerwijze leraren te danken, en wijzelf zijn hun zeker ook nog veel dank verschuldigd, aangezien wij zonder hen nog op de uiterst ruwe en meer dan barbaarse Scythenhorden zouden lijken, die met hun wilde kudden in holen in de aarde wonen en in oude, holle bomen. Zij hebben niet echt een taal maar huilen als de dieren in het bos, en hebben geen enkele voorstelling van een Godheid en ook geen enkele andere ontwikkeling.
Hoofdstuk 45: De tegenwerpingen van de onderaanvoerder - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Deze voorstelling van zaken door de rabbi deed een van de twee buren gewoonweg uit zijn vel springen van ergernis, en hij stond dan ook snel op van zijn stoel, liep naar de brutale rabbi toe en zei (een buurman van de waard): 'Vriend, heeft geen van jullie oude wijzen en profeten bij een of andere gelegenheid eens voorspeld, wanneer de tijd zou komen dat er geen leugenachtige en werkschuwe priester meer geduld zal worden?
Hoofdstuk 83: De commandant vraagt hoe hij zich tegenover de priesters moet opstellen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Evenzo moeten jullie weten wat de maan, de zon en de talloze andere sterren zijn! Want jullie voorstelling van de aarde, van hoe dag en nacht ontstaan, van de maan,. de zon, de planeten en de vaste sterren en hun bewegingen, van verduisteringen, van kometen en nog andere verschijnselen aan de hemel en in de lucht alsook in het water is tot nu toe geheel onjuist, en er is geen jota van waar.
Hoofdstuk 129: Ter bestrijding van het bijgeloof verklaart de Heer de kosmos - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] En zoals de aarde geen ronde schijfmaar een bol is, zo is de zon dat ook, alleen duizendmaal duizend keer groter dan deze aarde. Dat ze zich zo klein aan jullie voordoet, zoals jullie haar zien, komt door haar enorme afstand tot deze aarde. Ook als Ik je het aantal uren zou noemen dat ze van de aarde verwijderd is, zou je je daar toch geen voorstelling van kunnen maken omdat je te weinig thuis bent in het getallenstelsel volgens de Arabische methode. Maar stel je een afstand van bijna 44 miljoen uur voor -een paar Arabieren die hier wonen kunnen dat getal wel voor je omrekenen - dan zul je je enigszins kunnen voorstellen hoever de zon van de aarde af staat. En ze draait niet rond de aarde om dag en nacht tot stand te brengen, en ook zakt ze niet, zoals het bijgeloof van de Romeinen en Grieken wil, iedere dag in de grote zee om zich daar in zekere zin te baden en schoon te wassen, om daarna weer met volle lichtsterkte de hele aarde te kunnen verlichten.
Hoofdstuk 159: Wat de zon eigenlijk is - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Ik zeg je: als je in staat bent het meest eenvoudige wormpje tot een levend bestaan te roepen, dan ben je even goed in staat een hele aarde, de maan en de zon evenals de overige sterren tot bestaan te roepen! Want de zichtbare, lichamelijke levensmachine van zelfs het meest onbeduidende wormpje is in haar organische bouw zo kunstig, dat je je daar niet de minste voorstelling van kunt maken. Als die uiterlijke levensmachine niet zo kunstig en wijs was ingericht, hoe zou men daarin dan een substantieel zieltje kunnen plaatsen, en hoe zou dit zieltje zich dan van de levensmachine kunnen bedienen om zich verder te ontwikkelen?
Hoofdstuk 170: De Heer stelt aan de opperstadsrechter enkele vragen die tot nadenken stemmen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Na dit korte tafereel zei de opperstadsrechter: 'Heer en Meester, dit soort taferelen van elkaar over en weer opeten onder de dieren, en de ernstige ziekten die aan de dood van een mens voorafgaan zijn voor mij steeds een onwijze en wrede aanblik geweest -terwijl de inrichting door een of verschillende goden toch wijs geacht moet worden. U zult wel weten waarom dat allemaal zo is en moet zijn; maar mensen als wij kunnen zich daar met de beste wil geen duidelijke voorstelling van maken!'
Hoofdstuk 180: De ontaarding van de Joodse leer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] De opperstadsrechter zei: 'Ja, mijn beste hemelse vriend, daar heb ik enige voorstelling van, en wel met name uit de leer van de wijze Plato!'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17