Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1379 resultaten - Pagina 1 van 92

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[1] (En dit is het getuigenis van Johannes aan de Joden, toen deze priesters en levieten uit Jeruzalem naar hem toezonden, opdat ze hem zouden vragen: Wie bent u? 1:19) Dit vers geeft een zuiver uiterlijke gebeurtenis weer en heeft daarom geen innerlijke betekenis. Wel kan men uit deze zending duidelijk zien, dat het hoogheidsgevoel der Joden al begon te vermoeden dat de bron van alle licht of de diepste grond van het leven de aardse mensen begon te naderen en al op aarde moest zijn, en het nam aan, dat deze diepste grond van al het leven zich in Johannes bevond en dat hij misschien de beloofde Messias was.
Hoofdstuk 5: Jordaan. Johannes de doper getuigt van zichzelf. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] De goede Maria en Mijn hele aardse familie dacht dat de Messias een overwinnaar van de Romeinen en andere vijanden van het beloofde land zou zijn; immers de brave mensen hadden van de beloofde Messias ongeveer dezelfde foute verwachting, die veel eerbare mensen in onze tijd ook hebben van het duizendjarige rijk. Maar het is nog niet het juiste moment om hen tot andere gedachten te brengen.
Hoofdstuk 10: Kana. De drie stappen tot wedergeboorte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De Joden verwonderden zich erg over wat Ik zei; Ik liet ze echter staan en ging met Mijn leerlingen de tempel uit naar buiten. De Joden volgden Mij heimelijk, want ze durfden Mij niet openlijk te volgen, omdat Ik over het 'doden door Mijn tekenen' gesproken had. Zij begrepen niet dat daarmee het doden van het geestelijk beginsel en niet het doden van het lichaam bedoeld werd, en zij hielden, net als alle welgestelden, erg veel van het aardse leven.
Hoofdstuk 15: De tekenen die doden. Herberg buiten Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Maar geloof me geachte Meester, het is mij ernst met het komende Rijk van God. Als U daarom iets naders weet, zeg het mij dan op een manier, die ik begrijpen kan! Praat over het hemelse met hemelse en over het aardse met aardse woorden, maar in begrijpelijke beelden, anders heeft Uw uitleg nog minder nut dan het Oudegyptische vogelschrift, dat ik niet lezen en nog minder begrijpen kan. Mijn berekeningen geven maar al te duidelijk aan, dat het Rijk Gods er al moet zijn, alleen weet ik nog niet waar en hoe men er in komt en er in wordt opgenomen. Deze vraag zou ik door U in begrijpelijke en heldere taal beantwoord willen zien.'
Hoofdstuk 18: Het onbegrip van Nicodemus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Als U echter al zo iets eenvoudigs in een begrijpelijk gesprek niet bevatten en begrijpen kunt, terwijl Ik toch op een volkomen aardse wijze spreek over geestelijke dingen, die daardoor gewoon aardse dingen worden, dan zou Ik wel eens willen weten wat uw geloof zou doen, als Ik over hemelse dingen op een hemelse manier met u zou spreken!
Hoofdstuk 19: Aardse beelden van geestelijke dingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Of is er soms een bepaalde maat, waarmee de geest verdeeld zou kunnen worden, zodat iedereen weet, hoeveel geest hij gekregen heeft? Als zo'n maat er echter niet is, dan moet de aardse vuile mens in zijn hart een plaats reserveren voor de ontvangen geest; en als de geest in deze plaats blijvend rust heeft gevonden en in deze rust de nieuwe plaats gevuld heeft, dan pas wordt de vuile mens in zichzelf gewaar hoeveel geest hij heeft gekregen.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] ('Wie het echter ook aanneemt, heeft bezegeld dat God waarachtig is.' Joh. 3:33) 'Wie echter deze doop en daardoor het heilige getuigenis zal aannemen, die zal voor de wereld bezegelen, dat Degene, Die hem met de geest gedoopt heeft, Zelf waarachtig God is en de Enige is, Die het eeuwige leven kan geven. Jullie zeggen nu wel direct bij jezelf: 'Waarom moet dat Goddelijke getuigenis van de hemel door God in iemand bezegeld worden?!' Ik heb jullie reeds gezegd: Het vuil is en blijft vuil en de geest is en blijft geest; als echter de aardse mens, die oorspronkelijk gemaakt is van vuil, in die toestand de geest krijgt, zal hij de geest dan kunnen vasthouden, als hij deze niet zeer goed in zichzelf, d.w.z. in zijn hart, bewaren zal?
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Joram, jij behoeft niet meer bang te zijn voor Irhaël, want ze is nu volkomen gezond naar lichaam en ziel. En Irhaël, jij hebt aan Joram een hemelse man en je zult geheel en al gelukkig met hem zijn, want hij is geen aardse geest, maar een geest, die van boven gekomen is.'
Hoofdstuk 36: De Heer trouwt Joram en Irhaël. De eerste van twee volle dagen in Sichar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] De koopman zegt: 'Vriend, u heeft nu zeer juist en wijs met mij gesproken en mij datgene verteld, wat ik maar al te vaak in mij heb gevoeld; maar ik begrijp niet waarom u er zo op staat, dat ik vertel wat ik van u en speciaal van hem denk. Waar ik hem meteen voor gehouden heb, daarvan zei u, dat hij dat niet was, maar veel meer! Hoe men echter, zonder een God te zijn, meer kan zijn dan een God van de aardse mensen, dat wil zeggen, dan een keizer, dat begrijp ik niet! Alleen Jehova is in aardse en geestelijke termen meer dan de aardse God-keizer! Maar dat zal hij toch niet zijn?'
Hoofdstuk 57: Hoe de koopman de Messias verwachtte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Nu wendt de koopman zich geheel tot Mij en zegt: 'Heer van al deze mensen, die ut naar het mij toeschijnt, volgen als lammeren hun herder, zeg mij toch, met wie ik de hoge eer heb te spreken! Want ze vroegen het mij en ik raadde de hoogste aardse positie die ik ken; maar men zei mij, dat ik het mis had. Daarmee houdt voor mij alles op; wilt u mij daarom de eer aandoen, mij iets naders over uw maatschappelijke staat te vertellen!'
Hoofdstuk 57: Hoe de koopman de Messias verwachtte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] U hebt uw mening gegeven, en die was fout. Toen Jonaël u zei, dat Ik meer ben dan Uw aardse god, toen zei u: 'Alleen Jehova is meer, dan een keizer!' en u sloot stilzwijgend de mogelijkheid uit, dat Ik meer zou kunnen zijn dan een Romeins keizer, die u in de grond van de zaak alleen maar uit vrees voor zijn aardse macht, als hoogste op aarde erkent. In uw hart veracht u hem echter meer dan de pest, en zijn macht meer dan een sprinkhanenplaag.
Hoofdstuk 57: Hoe de koopman de Messias verwachtte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Als er echter iemand tot je komt, aan wien je kunt zien dat hij arm is en niet in staat zal zijn om jou ooit je geld terug te betalen, leen hem dan, en de Vader in de hemel zal het je honderdvoudig op een andere manier hier op aarde al vergoeden, en zal het geld, wat je aan de armen geleend hebt, voor jou in de hemel omvormen tot een grote schat, die na dit aardse leven in het hiernamaals hoog boven het graf op je wacht.
Hoofdstuk 58: Het vlees heeft een aards einde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ik zeg je: Wat de liefde op aarde doet, dat is ook in de hemel gedaan en blijft eeuwig; wat echter gedaan wordt uit pure aardse slimmigheid, dat verzwelgt de aardbodem en voor de eeuwige hemel blijft niets over. Wat kan al het aardse bezit voor de mens van nut zijn, als daarbij zijn ziel schade lijdt?!
Hoofdstuk 58: Het vlees heeft een aards einde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Tot op heden is nog geen enkele ziel, die het lichaam verliet, losgekomen van de aarde; tallozen, te beginnen bij Adam en verder allen na hem tot op dit uur, smachten nog in de aardse nacht. Maar pas vanaf nu worden ze vrij! En wanneer Ik naar de hemel op zal varen, zal Ik voor allen de weg van de aarde naar de hemel openen en ze zullen allen over deze weg het eeuwige leven binnengaan.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Het maakt me niets uit; je krijgt wat je hebben wilt! Maar Ik zeg je: In meer of mindere mate heeft iedere wijnsoort, die op aarde verbouwd wordt, deze zelfde eigenschap. Laat maar eens verschillende mensen van je eigen verbouwde wijnen ongeveer net zoveel drinken, als jij nu van Mijn zuivere hemelse wijn gedronken hebt, en dan zul je zien, dat een deel vervuld wordt met liefde, en een ander deel zo agressief wordt, dat je ze met touwen moet laten binden! Als de aardse wijn al zo'n uitwerking heeft, dan heeft de hemelse wijn dat in nog veel sterkere mate!'
Hoofdstuk 63: De uitwerking van hemelse en aardse wijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...