Cyrenius nu als minister. Het ontevreden meisje. Een muizenwonder

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 194 / 302 »»
[1] Weer moest nu Cyrenius als eerste gooien. Zijn knikker kwam nu in het negende kuiltje, zodat zijn kinderen opmerkten:
[2] 'Betekent dat even promo­tie, vader Cyrenius: van kind naar minister, en dat bij de éérste worp al!
[3] Als u nu nog eens zoudt gooien, dan zoudt u best eens in het koningskuiltje kunnen ko­men!'
[4] Maar Cyrenius zei: 'Kinders lief, met deze waardigheid ben ik al erg tevreden; nemen jullie dus nu je knikkers maar en gooi!
[5] Probeer met velen in het kin­derkuiltje te komen, daarin horen jullie thuis en daar ben je het bes­te!'
[6] Sixtus was de eerste die nu zijn beurt benutte; hij wierp zich in het kinderkuiltje en was daar erg blij mee.
[7] Het oudste meisje was de volgende; zij kwam opnieuw in het tweede, het moederkuiltje te­recht.
[8] Weer begon het meisje te mopperen: 'Nu moet ik toch al­weer de moeder zijn!'
[9] Het Kindje ging naar het kuiltje toe, nam de knikker eruit en. gaf die weer aan het meisje en zei:
[10] 'Hier, ontevreden kind, maar kijk uit dat je niet nog eens de moeder wordt!'
[11] Opnieuw gooide het meisje nu, maar weer kwam ze in het be­wuste kuiltje terecht. Van erger­nis begon ze nu te huilen!
[12] Het Kindje ging nu nog­maals naar haar toe, en zei: .Ach, heerszuchtig wezen dat je bent, het oervrouwelijke karakter ver­loochent zich in jou beslist niet!
[13] Wat moet Ik toch met jou beginnen? Jij slangenkarakter, jij leeuwenklauw?
[14] Er moet maar eens gauw een muis op het toneel verschij­nen, als die je eens flink plaagt, zul je wel een toontje lager gaan zingen!'
[15] Terstond viel het meisje nu echter voor het Kindje op de knieën en schreide :
[16] 'O nee, lieve Jezus, ik smeek je, geen muis of rat alsje­blieft! Daar ben ik zo verschrikke­lijk bang voor!
[17] Dan ben ik nog duizend­maal liever moeder in plaats van één muis te moeten zien!'
[18] Het Kindje zei: 'Nou goed dan: ditmaal zal ik je nog voor een muis sparen,
[19] maar als je nog één keer durft te morren, dan laat Ik tien muizen tegelijk op je los, die aan je voeten zullen snuffelen!'
[20] Toen werd het meisje muis­stil, en geduldig zag ze toe, hoe de andere kinderen alle overige kuil­tjes bezetten.
[21] Ze vertrok zelfs geen spier, toen er voor de tweede maal nu een meisje in het vaderkuiltje wierp, hoewel ze het anders altijd afschuwelijk vond, als er in dat kuiltje niet een jongen kwam!
[22] Toen ze dan ten slotte nog eens gooide, kwam ze in het kin­derkuiltje terecht!
[23] Haar ergernis onderdruk­kend, beet ze zichzelf nu in haar lip.
[24] Nu nam het Kindje glimla­chend een takje van de grond op, raakte daarmee zachtjes alle knik­kers aan, blies vervolgens over de kuiltjes en op hetzelfde moment zat daar in plaats van een knikker een vrolijke muis in.
[25] Toen het meisje deze dier­tjes zag, begon ze vreselijk te hui­len en ging ze ervandoor.
[26] Jozef kwam naar buiten en vroeg: 'Wat doe je nu weer met dat meisje, Jezus lief, dat ze zo vreselijk huilt?'
[27] Het Kindje antwoordde: 'Ze is zoals steeds vervelend; daarom heb Ik maar weer eens een paar muizen op haar afge­stuurd!'
[28] Nu moest Jozef lachen en vlug ging hij het meisje troosten en geruststellen; maar de overige kinderen zetten hun spel nu kalmpjes voort, want zij hadden van die verschrikkelijke muizen niets bemerkt.
«« 194 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.