Het gericht van de Heer

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)

«« 9 / 187 »»
[1] En zie, toen trok de eeuwige Liefde door de macht en de kracht van Haar erbarmen de hand van de macht en de hand van de kracht weg voor Haar ogen, de ogen van de alles verlichtende genade, en het licht van de genade drong wezenlijk door in de grot waar Adam weende en achter de doornstruik waar Eva treurde.
[2] En Adam's tranen werden in de schoot der aarde bewaard en heetten en heten nog 'Tummim' of stenen, waaruit het licht van de zeven geesten van God zinnebeeldig straalt en zij werden vast door het licht van de genade uit de warmte van de Liefde, evenals zijn terechte berouw als blijvend gedenkteken van de verlichtende wijsheid, en zij werden over de hele aarde verstrooid als vertroostende tekenen van de toekomstige wedergeboorte, die evenals deze tranen van Adam in staat zal zijn tot opname en de allermooiste gedeelde weergave van het grote licht uit de zee van de genade der erbarming van de eeuwige Liefde en die iedere hardvochtigheid van de verleidingen van de wereld zal weerstaan.
[3] En de tranen van de achter de doornstruik treurende Eva werden in de aarde bewaard en werden net zo gekleurd als het rood van haar terechte schaamte over het misbruiken van de geheiligde liefde van Adam in haar.
[4] En de eeuwige Liefde zag, dat iedere traan van Eva voor Adam, de zoon van de erbarmende Liefde, gerechtvaardigd was; en de warmte van de eeuwige Liefde maakte van deze tranen steentjes en hiervan was de naam 'Urim', als zinnebeeld van de gerechtvaardigde droefheid van Eva. En zie, één traan viel op de beschuttende doornstruik, en zie, deze traan was er een van verloren onschuld en kleurde de voorheen witte bloem van de struik; en de bloemen werden rood gekleurd ten teken van de verloren onschuld van Eva. En zie verder, hoewel de mensen nu reeds alle gewassen op aarde kennen, kennen zij echter niet hun ware betekenis in de geest en in de waarheid en zullen die niet kennen en begrijpen tot aan de wedergeboorte, als zij zich die dan eerst deelachtig hebben gemaakt, welke is de erbarming van de eeuwige Liefde door de genade van de verlossing daarin.
[5] En zie nu nog een geheim, dat nog begrepen moet worden vanwege de zondige hoogmoed van de kinderen van de wereld! En zie, twee bloemen van de struik werden door de, door onschuld gerechtvaardigde tranen van Eva bevrucht en bewaarden door alle stormen aller tijden gedurende de grote oorlog van Jehova tegen de volkeren der aarde getrouw hun zegen van de eeuwige Liefde. En ze maakten ten tijde van de uitwerking van de genade van boven, de vrouw van Abraham tot een levend voorbeeld van de grote werken van de erbarmende Liefde, en de vrouw van Zacharias tot werkelijke volbrenging van de grootste van alle daden van de erbarmende Liefde van de eeuwige God.
[6] En wend nu je ogen weer naar Adam en Eva en ga met Mij mee om ze te zoeken en kijk toe, hoe Ik, de eeuwige Liefde, hen vond, naakt, verlaten, wenend en treurend van gerechtvaardigd berouwen terechte schaamte en Ik riep Adam te komen en trok Eva te voorschijn.
[7] En zie, zij durfden niet naar het gezicht van hun Vader te kijken; want zij waren geschrokken door een geweldige donderslag van het dood brengende gericht uit het diepst van de gramschap van de Godheid.
[8] En de vlammen van de toorn van God, van de Oneindige, rolden schrikbarend door al de eindeloze ruimten naar de aarde toe, waar de grote Liefde nu vertoefde bij Zijn rouwende en treurende gevallen kinderen, die geschapen waren door Zijn erbarmende genade.
[9] En zie, er woedde een hevige strijd tussen de eeuwige Liefde, die door het berouwen verdriet van de geschapenen weer erbarmen met hen had, en de woedende Godheid, die alles wilde vernietigen ter verzoening van Haar integere heiligheid.
[10] Want zie, de vlammenvloed van toorn van de boos geworden Godheid stortte sneller dan de bliksem op aarde neer, drong door tot in haar kern en de verterende vlammen laaiden overal in al haar uithoeken op tot aan de maan, tot aan de zon, - ja, zij tastten alle sterren aan! En zie, toen was de gehele, onmetelijke oneindigheid één vuurzee en verschrikkelijke donderslagen rolden door alle eindeloze ruimten en de aarde huilde luid en de zee woedde en de maan huilde en de zon jammerde en alle sterren schreeuwden luider dan alle donder. En dat, omdat zij neergedrukt werden door een grote angst vol pijn om eeuwig vernietigd te worden, en hun luide stemmen weerklonken hevig daverend vanuit de eindeloze diepten van de gramschap van de Godheid en die stemmen riepen:
[11] "Grote, verheven God, lenig Uw grote toorn en blus de vernietigende vlammen van Uw zeer gerechtvaardigde gramschap en spaar in Uw heiligheid de onschuldigen; want de vlammende woede van Uw toorn zal de rechtvaardigen verwoesten en zal de eeuwige Liefde in U vernietigen en zal Uzelf gevangennemen in Uw bovenmaatse macht en kracht van de heiligheid!"
[12] En zie en hoor met open ogen en open oren wat de met toornende gramschap vervulde Godheid sprak; maar niemand verstond wat er gezegd werd, behalve de eeuwige Liefde, die ten tijde van de woedende uitbarsting van toorn van de Godheid het berouwvolle nieuw geschapen paar op de kermende aarde ondersteunde met de grote macht en kracht van Haar barmhartigheid en Ze weerde de grote woedende vlam van toorn af, die de plek van Adam's wroeging en de plaats waar Eva treurde wilde aangrijpen.
[13] En luister nu en begrijp goed de verschrikkelijke woorden van toorn uit de diepten van de gramschap van de Godheid. Deze luidden:
[14] "Wat heb Ik aan dat janken en woeden van de aarde en wat aan het huilen van de manen, wat aan het gejammer van de zonnen en wat aan de jammerklachten van de sterren?! Want Ik ben alleen, verlaten door Mijn Liefde, die Mij ontrouw geworden is en van Mij is weggegaan naar de aarde om het tweevoudige kwaad uit te werpen! Wat moet Ik zonder Haar beginnen? Daarom zal Ik al Haar werken tot op het fundament verwoesten en alles vernietigen, opdat er niets meer is wat in alle toekomstige eeuwigheden der eeuwigheden Mijn Liefde van Mij zal wegtrekken en verwijderen! En Ik zal God blijven, de Enige, gedurende alle eeuwigheden der eeuwigheden, zoals Ik dat sinds de eeuwigheden der eeuwigheden was; en jij, vermolmd bouwsel van de schepping van Mijn zwak geworden Liefde, val in elkaar tot nietig puin in het niets, zodat Ik Mijn Liefde weer vind en Haar weer sterk maak door de macht en de kracht van Mijn eeuwige heiligheid. Amen!"
[15] En zie, toen werden de banden van de scheppingen in alle ruimten van de oneindigheid van God verbroken en de brokstukken stortten door de wijde ruimten onder groot lawaai, gedonder, gegier, gehuil, geloei en gesuis in de diepten der diepten op hun ondergang af en het was de aarde zelf, die eveneens in puin lag in de brede schoot van de erbarmende Liefde.
[16] En de nieuw geschapenen beefden van angst bij de vreselijke aanblik van de grote, vernietigende gruwelscène, waarvan de omvang nooit door een geschapen geest in zijn geheel doorgrond kan worden; want die was oneindig.
[17] En zie nu en luister verder naar wat de erbarmende Liefde toen sprak en deed! Verneem de woorden van de Liefde in Haar macht en bezie de grote daden van de barmhartigheid in Haar kracht, en hoor en begrijp goed de woorden, die aldus luidden:
[18] "Grote, almachtige God van alle macht, alle kracht en alle heiligheid! Laat Uw hevige toorn varen en stil het vuur van Uw alles verwoestende gramschap en luister in de rust van Uw heiligheid naar de woorden van Uw eeuwige Liefde, die het enige leven in U is, net als U, eeuwig en machtig en sterk zoals U uit Haar en Zij uit U, en wil niet het leven in Haar vernietigen en U door Haar, maar laat genade voor recht gelden en laat de Liefde U genoegdoening geven en eis verzoening voor Uw bezeerde en beledigde heiligheid en geen offer dat U van Haar mocht eisen ter eeuwige verzoening van Uw heiligheid zal voor Uw Liefde te groot zijn!"
[19] En zie nu en luister en begrijp het goed, wat er daarna gebeurde en wat de Godheid daarop antwoordde! Het vuur temperde en uit alle ruimten woei een zacht zuchtje, vermengd met nog hevig rollende donderslagen, veroorzaakt door het rondvliegende puin van de verdwenen werelden, die van de ene onmetelijkheid tot aan de andere als grote bliksemschichten nog brandend flitsten. En de Liefde begreep de donder van God, die fel sprak:
[20] "Ik zal alle schuld op Jou laten neerkomen, net als het wereldpuin op de aarde, en Jij moet de smaad van Mijn heiligheid, die de eeuwige band tussen Jou en Mij is, vereffenen! En zie, Ik vervloek de aarde, opdat Mijn heiligheid door geen vlek bezoedeld zal worden en Ik daardoor een onheilige God zou worden zoals Jij; en van deze vloek draag Jij de schuld, die Je op Je moet nemen en die Je moet vereffenen ten behoeve van Mijn heiligheid en Jij moet de vloek van de schande door de zonde van Adam van de aarde af wassen met Je bloed!"
[21] En zie, luister en begrijp goed, wat het antwoord van de Liefde daarop was en Zij sprak als volgt: "Grote, boven alles heilige God van alle macht en alle kracht! Het zal geschieden naar Uw woorden!"
[22] En zie, toen doofden opeens alle vuren op aarde en in alle ruimten van de schepping! En het puin van de verwoeste zonnen, aarden en manen werd weer samengevoegd door de macht en de kracht van de door de Godheid verhoorde Liefde en zij werden weer geordend, zoals zij geordend waren vanaf het begin van hun ontstaan; maar zij behielden voor eeuwig de onuitroeibare sporen van hun toenmalige totale verwoesting gelijk de littekens van de eeuwige Liefde, die later in de grote tijd der tijden voor iedereen aan het kruis bloedde.
[23] En er bleef hier en daar aan het oppervlak, in het binnenste en in de zeeën van de aarde ook nog puin van andere werelden liggen, ten teken van de macht en de kracht van God en tegelijkertijd ook als sprekende getuigen van de uitzonderlijk grootse daden van de erbarmende Liefde.
[24] En zie en luister verder en begrijp goed wat er verder gebeurde: toen nu de eeuwige Liefde de eisen aanvaardde en daardoor al van tevoren genoegdoening verschafte aan de grote heiligheid van God, liet de Godheid in een zacht ruisen en suizen nogmaals, alleen voor de Liefde begrijpelijk, Haar heilige wil horen en sprak op zachte toon, als volgt:
[25] "Zie, Jouw grote barmhartigheid is in Mij opgestegen en is voor Mijn alziend oog getreden en Ik heb in de rust van Mijn heiligheid Jouw grote oprechtheid en eeuwige trouw herkend en Ik heb de tranen van berouw van Adam en de tranen van verdriet van Eva geteld en Ik ben vanwege Jouw grote erbarmen vol deernis geworden.
[26] En zie, daarom wil Ik Mijn gerichten in deze tijd opheffen en op Jouw verzoek overvloedig genade voor recht laten uitstromen en Ik wil de schade die Mijn gericht heeft aangebracht, weer goed maken. En buiten Mij kan niemand iets goed maken dan Ik alleen, omdat niemand goed is behalve Ik, de heilige Vader; want dat zal voortaan voor eeuwig Mijn naam zijn. En Jij, Mijn Liefde, bent Mijn Zoon; en de heiligheid als de machtige alom werkende band van de kracht tussen Ons en tussen alles wat van Ons uitgegaan is, is de Heilige Geest, die alle ruimten der ruimten en alle oneindigheden der oneindigheden zal vullen, amen. En dat zegt nu de goede, heilige Vader. Amen.
[27] En zeg Jij, Mijn geliefde Zoon nu ook aan het treurende paar - en laat dat diep in hun hart zinken - dat zij zich tot aan het einde van hun leven aan de geboden van de liefde en de erbarming moeten houden, zonder ze te verbreken, en Ik zal hen op een tijdstip dat Ik heb voorbeschikt dan een middelaar tussen Mij en hen zenden om hun grote schuld te delgen en de grote, zware last van hun ongehoorzaamheid te verlichten.
[28] Maar tot dan moeten zij geduld oefenen en zachtmoedigheid betrachten en het brood, dat Ik hen thans slechts spaarzaam zal geven, moeten zij dankbaar in het zweet huns aanschijns genieten en zij zullen niet verzadigd worden tot aan de tijd van de middelaar die Ik uit hun midden zal verwekken en die volkomen en goed zal zijn, zoals Wij eeuwig volkomen en goed en heilig zijn.
[29] En zeg hen bovendien nog, dat Ik Mijn gericht slechts opgeschort heb voor diegenen die zich nauwgezet aan Mijn strenge geboden zullen houden; maar laat de overtreders voor alle eeuwigheid in alle gestrengheid van de eeuwige heilige waarheid bij de geringste overtreding bedreigd worden met de nauwkeurige voltrekking van het gericht!
[30] Aldus spreekt de heilige en enig goede Vader door Zijn Zoon, die de eeuwige Liefde in Hem is en door de Heilige Geest als de werkende genade uit Ons beiden, voor de toekomstige vergeving van de zonde, die nu hun lichamen moeizaam en bezwaarlijk maakt, en tenslotte tijdelijk zal doden om na de dood van het lichaam het leven te verkrijgen, na de tijd van de beloofde middelaar.
[31] Dat zegt de enig heilige en enig goede Vader. Amen, Amen, Amen."
«« 9 / 187 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.