Wonderbaarlijke verdwijning van de ezel. Het wonder met de steen. Verbazing bij de Romeinse rechter over de wondermacht van het Jezuskind en over Diens verhelderende woorden met betrekking tot de komst van Zijn koninkrijk.

Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel

«« 17 / 33 »»
[1] Ik zei: 'Om jullie te tonen welke macht mij eigen is en om jullie angst voor dit 'onnatuurlijke' dier weg te nemen, gebied Ik, dat het weer precies zo moet verdwijnen als het is ontstaan !'
[2] Op hetzelfde moment was het dier volledig in het niets opgegaan, zodat er zelfs geen minimaal klein haartje van resteerde. Nu waren allen nog méér verbluft, en ze hadden er dan ook geen woorden voor .
[3] Alleen de uiterst kordate Romeinse rechter zei: 'Nee maar, beste jongen, in jou moet Zeus, of een of andere oppergodheid wonen! Als je dat zou willen, zou je zeker ook wel een gewoon dier en zelfs een menselijk wezen kunnen vernietigen?'
[4] Ik antwoordde: 'Oh ja, en dát niet alleen maar zelfs de hele aarde! Maar het is juist Mijn bedoeling alleen heeft dat nog niemand ingezien om alles te behouden en niets te vernietigen! Maar, om uzelf te doen inzien dat Ik geen ijdele praalhals ben doch in staat ben om wat Ik beweer ook tot stand te brengen, mag u Mij een steen laten brengen, net zo groot en zo zwaar als u zelf wilt, en legt die dan maar op deze tafel !'
[5] In korte tijd werd er een steen aangevoerd, die meer dan 100 pond woog en die ook zeer hard was. Met veel moeite werd die op de tafel neergelegd.
[6] Toen die steen daar lag, sprak Ik er dwars overheen: 'Los op tot ether, het element waaruit je oorspronkelijk bestaat!'
[7] En weg was de steen en wel zó, dat er zelfs geen stofje zo klein van overbleef, als binnen het licht van een zonnestraal alleen te zien is.
[8] Nu sprak de Romein: 'Dit, achtenswaardige vrienden, kan alleen voor een God mogelijk zijn, nooit voor een mens, hoe uitzonderlijk getalenteerd ook! Ik ben er althans door tot de overtuiging gekomen, dat het veel beter is om met jou, beste jongen, goede vriendjes te zijn, dan om met jou op voet van vijandschap te staan.
[9] Immers, wat zouden al onze legioenen van zeer dappere krijgers ons kunnen baten, als we tegenover jou zouden komen te staan? Want jij hoeft het alleen maar te willen, en dan ondergaan ze reeds het lot van die steen! Op het moment waarop jij dat wilt bestaan ze niet meer, zijn ze opgelost in lucht en ether! Ik verklaar dus dat jij voor je volk ongetwijfeld een ware Messias bent en dat er geen macht bestaat, die zich ooit met jou zal willen meten; dat zou toch maar een vruchteloze strijd worden!'
[10] Ik zei: 'Laat dat voor u als Romein nooit oorzaak van grijze haren worden, want Ik ben niet in deze wereld gekomen om Mijzelf hier tot heerser van de wereld uit te roepen of om hier voor de joden een werelds rijk te stichten, maar alleen en uitsluitend om voor alle mensen die van goede wille zijn het Godsrijk van het leven te brengen, en om het rijk van Satan, dat voor de aarde de dood betekent, te vernietigen! Elk aards rijk zal Mijnentwege mogen welvaren, ja, het zal zelfs bijzonder mogen floreren indien het ook het Rijk Gods, dat Ik op aarde vestigen ga, zal aantrekken!
[11] Alle vrees voor Mijn goddelijke kracht moet daarom van u afvallen, want tot aan de omvorming van Mijn lichaam, wanneer Ik namelijk zal terugkeren naar dáár vanwaar Ik gekomen ben, zal Ik aan u onderdanig blijven. Maar laten we nu tot besluit van deze dag nog die twee woorden nader toelichten!'
[12] Vol vreugde zei ook Barnabas: 'Wel, alle lof zij den Heer! Maar dan alleen nog woorden, en geen wonderen meer want je zou er akelig van worden!'
[13] Ik vroeg hem: ' Akelig? Hoezo? Je hebt toch al vaak met open mond naar Perzische en Egyptische wonderen staan kijken, waarbij je nooit onwel bent geworden: waarom dan juist nu wel?'
[14] Barnabas: 'Omdat al die andere op voor mij althans enigszins begrijpelijke wijze tot stand kwamen, terwijl die van jou uitsluitend zijn gebaseerd op de macht van jouw wil. En dat is een geweldig verschil?'
[15] Ik antwoordde: ' Als jij daar zó over denkt, zal Ik je toch eerst nog -voordat Ik overga tot de verklaring van die twee woorden -iets in herinnering moeten brengen!'
«« 17 / 33 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.