De nasleep van de demoneninvloed.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)

«« 23 / 246 »»
[1] CYRENIUS zegt: "Heer, zulke woorden heb ik nog nooit gehoord! Ze zijn slecht en jammer genoeg toch in veelopzichten waar. Wat kunnen we met deze mensen aan vangen? Waarlijk, iedereen is verbaasd; zelfs Jarah schijnt nu niet meer zo precies te weten wat ze daarmee aan moet en de engel heb ik een paar keer zien huilen! Dat vind ik toch wel heel vreemd! Zeg mij, wat ik nu met hen moet beginnen!"
[2] IK zeg: "Wel, Ik heb het je immers vooraf gezegd dat zij heel wat beroering zouden veroorzaken. Maar dat is niet zo erg, er is nog iets van de verdreven kwade demonen als een avondschemer in hun harten achtergebleven en zij moeten zich daarvan helemaal ontdoen, dan kunnen zij pas geholpen worden, maar geen moment eerder. Ook moeten wij hen hier nog enige tijd laten rusten en na een poosje zal de mooie dag hun zielen wat harmonieuzer stemmen. Je zult nog veel horen en dat zal jou noch iemand anders schaden. Want hun zielen zijn geen gewone zielen en behoren tot de betere werelden, daarom moeten wij ook veel geduld met hen hebben! Als zij meer tot zichzelf zullen komen, reken maar dat er dan nog heel wat loskomt! Maar geef hun nu meer brood en wijn; want nu worden ze pas echt hongerig en dorstig!"
[3] MARCUS geeft hun heel vriendelijk brood en wijn en zegt: "Drink, broeders, en eet dit lekkere brood naar hartelust! Want van nu af aan zal het jullie nooit meer slecht vergaan op deze aarde, hoewel het hier echt geen paradijs is!"
[4] Alle VIJF zeggen: " Jij schijnt een goede duivel te zijn; want anders zou je ons, die eigenlijk niet zo geaard zijn als jij, zeker niet zo'n uitstekende wijn en dat buitengewoon lekkere brood in zo'n hoeveelheid geven! Wij kunnen het je niet vergoeden, maar wij zijn je ook niet ondankbaar! Kijk, goede duivel, het schijnt dat wij met jou goed kunnen praten! Als er op deze aarde louter mensen woonden, dan zou het leven op deze aarde heus zo slecht niet zijn. Maar op iedere vijf mensen zijn er altijd duizend duivels en dan moet op de duur toch alles wel puur duivels worden! Dat geringe aantal mensen wordt door de duivels te veel en te sterk overheerst en het kan daardoor nooit vrij ademhalen!
[5] Kijk, alle macht komt tot op heden van de duivel der duivels en zijn huis is vergoten mensenbloed, vermengd met het bloed van arme en goede duivels, zoals jij er één bent, -en noemt men dat hier de heerschappij van God?! Jawel, ook een heerschappij van God, maar niet van zijn liefde, maar van zijn toorn! Waarom een God echter vertoornd is, weet geen schepsel! Veel dieren behoren tot de enige gelukkige schepsels van deze aarde, maar de in wezen zeldzame mens is het lastdier van alle kwaad op deze miserabele wereld! Hij kan niet hard genoeg lopen om als een gazelle voor al het kwade op de vlucht te gaan! Zijn handen zijn breekbaar als was, hij is naakt en heeft van nature nog niet eens zoveel wapens als een bij of een mier om zich tegen een vijand te weer te stellen. Als je een groep tijgers ziet, dan zijn het allemaal tijgers en zie je een groep leeuwen, dan zijn dat allemaal leeuwen, dus met dezelfde aard en deze roofdieren leven heel goed met elkaar; maar als je een groep mensen ziet, dan zijn die menselijk uitziende wezens niet allemaal mensen, maar voor het grootste deel duivels! En daarom is er steeds ruzie, onvrede en oorlog onder hen! Al het slechte zit in de duivels en in de mensen alleen de aanleg voor het goede, die erg bedorven kan worden temidden van zoveel duivels en de mens wordt dan minstens een halve duivel óf hij moet verdragen wat wij hebben verdragen! Maar er zijn verschillende duivels onder de duivels van deze schandelijke wereld, grote en kleine; maar zij zijn allemaal goed te herkennen aan het feit dat zij allemaal zonder arbeid en krachtsinspanning zo goed en gemakkelijk mogelijk willen leven. Zij willen ook overal de eersten zijn en veel respekt en aanzien genieten; zij weten zich overal aardse goederen te vergaren, kleden zich voortreffelijk en degene, die hen niet altijd heel nederig groet, achtervolgen zij tot de dood!
[6] Dus, goede duivel, je kunt zeggen wat je wilt, alleen jouw soort voert de heerschappij op de wereld en die paar mensen bevinden zich in de diepste slavernij en zijn totaal afhankelijk; en dat moeten dan volgens de schrift de eigenlijke 'Kinderen van God' zijn?! Waarlijk, als een God zó voor zijn kinderen zorgt, zoals hij bijvoorbeeld voor ons vijf mensen heeft gezorgd, en wanneer het lot van de arme Godskinderen steeds inhoudt dat zij de duivels met de grootste nederigheid moeten dienen, dan bedanken wij voor zo'n kindschap van God!"
[7] MARCUS, die de titel 'goede duivel' toch niet zo erg aanstaat, zegt: "Het is wel waar, dat de Godskinderen op deze wereld vaak veel moeten doorstaan, maar wat staat hen later aan de andere zijde van het graf te wachten? Wat een onvoorstelbare overvloed van steeds groeiende en zich steeds maar vermeerderende zaligheden! Als een Godskind daar goed over nadenkt, kan het zich tijdens dit korte leven best door een kleine vernedering op de proef laten stellen. "
[8] De SPREKER van de vijf zegt daarop: "Wie geeft je daarvoor dan de garantie? Denk je soms dat de Schrift dat doet? Loop heen met die garantie! Kijk en zeg eens wie het zijn die de mensen die mooie Schrift verkondigen en zich als dienaren Gods het hoogst laten eren! Kijk, dat zijn nu juist de ergste duivels!
[9] Laat God zelf maar eens in mensengedaante naar beneden komen en hun al hun onuitsprekelijke schandelijkheden voorhouden en hen oproepen om boete te doen. Waarlijk, als hij zich niet met zijn gehele almacht tegenover hen stelt, vergaat het hem nog veel slechter dan het in Sodom de twee engelen verging, die Lot het dringende verzoek brachten om zich met zijn familie ver van deze plaatsen te verwijderen omdat deze geoordeeld zouden worden!
[10] Maar als de uitdelers van de beloften van God maar al te duidelijk en onloochenbaar de ergste duivels zijn, zeg ons dan eens, goede, oude, wat blinde duivel, wat een mens of respectievelijk een verondersteld Godskind van zulke beloften uiteindelijk kan verwachten! Ik zeg je aan de hand van onze veelzijdige ervaringen, die wij treurig genoeg hebben moeten opdoen: niets, helemaal niets!
[11] Of er is geen God en alles wat bestaat is het werk van de ruwe, blinde natuurkrachten die door de eeuwen heen al het bestaande hebben doen ontstaan, óf er is een allerhoogst, goddelijk wezen, dat wel de grote aarde, de zon, de maan en de sterren bestuurt, maar op zichzelf te groot en te verheven is om zich met ons, vergankelijke schimmelluizen van deze aarde, te bemoeien. De gehele Schrift is dus alleen maar van mensen afkomstig en er staat eigenlijk ook meer kwaads in dan goeds. En wat er nog aan goeds in staat, daar let geen duivel en geen mens op; alleen het kwade daaruit wordt door de duivels op de brede rug van de mens gelegd!
[12] 'Gij zult niet doden!' moet God tegen Mozes hebben gezegd, maar aan David gaf diezelfde God opdracht om tegen de Filistijnen en Ammonieten op te trekken en ze met hun hele hebben en houden, vrouwen en kinderen, te vernietigen! Een mooi leven is dat en een logica zonder weerga! Had een almachtige God dan geen middelen genoeg om de volkeren die hij haat, van de aardbodem te verdelgen? Waarom moest dan tegen het aan Mozes voor alle mensen gegeven gebod in, een mens met vele duizenden krijgsknechten opgeroepen worden er op uit te trekken en niet slechts één, maar vele honderdduizenden alleen maar dáárom te doden, omdat zij volgens het woord van een ziener, aanstoot gaven tegenover God. Wat de bedoeling is van zulke zieners en van zulke koningen, die God aanstelde om hele volkeren gewoonweg van de aarde te verdelgen, zal hij wel het beste weten en dat zullen waarschijnlijk de zieners en de koningen heimelijk óók wel!
[13] Ik ben evenwel van mening dat een God van liefde nooit mensen, die hij tot liefde opgevoed wil hebben, als kwaadaardige honden op moet hitsen tegen andere mensen, terwijl hij toch zelf middelen genoeg ter beschikking heeft om de hem lastige en afvallige duivels in mensengedaante op de vlucht te jagen! Dat is toch wel een heel merkwaardige God! Aan de ene kant gebiedt hij liefde, geduld en deemoed, aan de andere kant echter haat, vervolging, oorlog en vernietiging! Waarlijk, wie zo'n handelwijze begrijpt, moet meer verstand hebben dan een gewoon mens!"
«« 23 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.