De zegen van het geduld

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)

«« 44 / 229 »»
[1] Ik had dat nauwelijks gezegd, of iedereen stond op en kwam achter Mij aan naar buiten. Toen wij allemaal buiten stonden, bewonderden velen de mooie tenten met hun zeer praktische inrichting en verbaasden zich over de snelle vervaardiging ervan, omdat zij er 's morgens nog niets van hadden bemerkt. Alleen kwam er aan deze verbazing snel een eind, omdat Ik de aandacht van alle aanwezigen meteen op iets anders wist te richten. Maar wat was het, waarop Ik alle aanwezigen opmerkzaam maakte?
[2] In het oosten rees namelijk een gloeiende wolkenzuil op, die hoger en hoger steeg, zodat het allen die haar zagen, voorkwam alsof zij meteen al tot aan de sterren reikte. De zuil werd lichter en lichter tot zij zo licht was als de maan en het in de hele omgeving bijna zo licht was als op het midden van de dag. Nu vroegen allen Mij wat dat was en wat het betekende.
[3] Maar Ik zei: 'Heb maar geduld, beste vrienden, er komt nog meer! Pas als jullie alles gezien hebben, zullen we zien waar het eigenlijk vandaan komt en wat het te betekenen heeft. Kijk dus maar aandachtig naar alles wat er nog zal verschijnen, want er staat immers in de profeten geschreven dat er in deze tijd ook aan de hemel tekenen zullen geschieden en niet alleen op aarde. En omdat er nu zulke tekenen geschieden, zien jullie ook zelfs met je lichamelijke ogen dat de woorden van de oude profetieën nu vervuld worden. Maar let nu verder op wat er nog allemaal te voorschijn zal komen!'
[4] Allen keken nu weer naar het oosten en zie, een tweede, gelijke zuil steeg omhoog en evenaarde weer het schijnsel van de maan, en de omgeving werd nog veellichter! En het duurde nauwelijks enkele ogenblikken of daar steeg een derde wolkenzuil op, die de omgeving nog sterker verlichtte. Dat zagen echter niet alleen degenen die bij ons op de berg stonden, maar ook velen in Jeruzalem en velen in het hele joodse land en daardoor ontstond er een groot rumoer in alle stegen en straten van de stad, zodat men het op de berg zelfs goed kon horen.
[5] Toen zei Lazarus tegen Mij: 'Heer, als dat nog lang duurt, zullen we deze berg al gauw vol met mensen krijgen! Daarom moeten we de poort beneden maar vlug gaan sluiten.'
[6] Ik zei: 'Broeder, maak jij je maar nergens zorgen over zolang Ik bij je ben, want zonder Mijn wil komt er zelfs geen vlieg in deze tuin, laat staan een mens! Maar let nu wel goed op, want er zullen nog zeven van zulke zuilen opstijgen!'
[7] Nauwelijks had Ik dat gezegd of daar steeg ook al de vierde, meteen daarop de vijfde, zesde, zevende, achtste, negende en tiende zuil omhoog op redelijke afstand van elkaar, en deze tien zuilen, waarvan het licht dat van de volle maan evenaarde en nog toenam, verspreidden uiteindelijk zo'n sterk licht over de hele omgeving, dat men het licht tot aan de oevers van de Middellandse Zee nog heel goed waarnam en tot aan Klein-Azië, en verder in de andere richting naar het oosten tot in de verre streken van de rivier de Eufraat.
[8] Iedereen in de stad was met stomheid geslagen. De heidenen beschouwden het als een Malum Omen* (* slecht voorteken.), de joden spraken al over het jongste Gericht. Weer andere zogenaamde voorspellers kondigden tien vruchtbare jaren aan, anderen weer tien zeer warme en dus onvruchtbare jaren.
[9] Maar één, een oude rabbi riep luid door alle straten: 'Het betekent de komst van de Messias en de tien zuilen zijn de symbolen van Zijn kracht en omdat deze zuilen in het oosten staan, geeft dat aan dat de Messias daar vandaan naar Jeruzalem zal komen!'
[10] Maar deze rabbijn werd niet geloofd en door velen die hem gehoord hadden, uitgelachen en de wereldse mensen zeiden tegen hem: 'Schiet op en houd op met je eeuwige gezeur over de Messias; want je ziet al zo lang in iedere door de maan verlichte wolk de Messias komen! Toen we een paar dagen geleden een maansverduistering hadden, die ook veel verwarring veroorzaakte, heb je ook al de komst van de Messias aangekondigd. De slimme Essenen, die in die streek hun grote nederzetting hebben waar zij hun magische kunsten beoefenen, hebben die maanverduistering al een jaar geleden heel precies berekend, maar jij zag daarin meteen jouw Messias in levende lijve aankomen! jij krijgt straks nog wat van je Messias! Deze tien zuilen zijn heel mooi om te zien en zijn niets anders dan een produkt van de Esseense toverkunst! Ga naar de Essenen, die zullen je snel genezen van je Messias!'
[11] Deze radicale natuurlijke en wereldse uitleg maakte op de oude rabbijn echter geen indruk en hij bleef schreeuwen en riep luid (de oude rabbijn): 'Zeggen jullie maar wat je wilt, binnenkort zal wel blijken of ik onjuist heb geoordeeld! God richt Zich niet naar wereldse praatjes van zulke wereldse mensen als jullie zijn, maar naar de woorden van Zijn eigen voorspelling, die Hij aan de mensen bekend heeft gemaakt door de mond van Zijn profeten. Kijk maar uit, jullie slechte en boze jongeren, dat er geen duivel komt om jullie allemaal te halen! O, zondig niet tegen een oude rabbi!'
[12] Ik vertelde ook op de berg aan de Mijnen wat dit verschijnsel daar beneden in de stad aan meningen en uitspraken had opgeroepen en het stemde allen vrolijk.
[13] Lazarus en ook Mijn leerlingen dachten dat de rabbi eigenlijk wel gelijk had en dat het gemeen was van de jonge dwazen van Jeruzalem om de oude man zo te bespotten.
[14] Ik zei: 'Daarin hebben jullie voor een deel wel gelijk, maar die oude is ook een tempelvos en benut zulke gelegenheden, waarbij hij steeds ijverig de komst van de Messias verkondigt, om op slinkse wijze ook wat offers in de wacht te slepen. Hemzelf is het echter achteraf zeer welkom, als de vervulling van zijn straatprofetie tenslotte toch nog uitblijft en verder op zich laat wachten, want er kan zich in dit land, dat rijk is aan natuurwonderen, immers al gauw weer een verschijnsel voordoen, dat hij dan weer goed kan gebruiken. Nu kent de weliswaar zeer uitgelaten jeugd van Jeruzalem hem als zo 'n straatprofeet en dwarsboomt hem alleen wanneer hij wat te hard schreeuwt en bespot hem dan, en in dit geval is de profeet nu niet bepaald veel beter dan degenen die hem bespotten. En Ik zeg jullie, dat die onfatsoenlijke jongens Mij toch veel eerder zullen volgen dan die oude rabbi, die altijd alleen maar druk bezig is in zijn eigen voordeel te profeteren, maar in wezen zelf aan niets gelooft. Maar we laten de zaak nu voor wat hij is; het verdere verloop van het verschijnsel zal nog wel een grotere drukte te weeg brengen! Horen jullie van de hoge tinnen van de tempel de bazuinen niet schallen!'
[15] Allen zeiden: 'ja, ja, we horen ze heel goed!'
[16] Ik zei: 'Dat geeft aan dat de tempelheren ook al wakker geworden zijn en zelf niet weten wat zij van het verschijnsel moeten denken. Daarom roepen zij met hun bazuinen alle Farizeeën en schriftgeleerden die buiten de tempel wonen bijeen, om inderhaast te beraadslagen wat er gedaan moet worden en hoe men dit verschijnsel aan het volk, natuurlijk tegen aanzienlijke offers, uit zou moeten leggen. Maar we laten hen nu kort beraadslagen en als zij voor het volk, dat zich al dicht om de tempel verzamelt, hun verklaring met grote stelligheid afgelegd zullen hebben, zal Ik dit verschijnsel meteen aanmerkelijk veranderen; dan zullen de tempelheren opnieuw beraadslagen en het volk voorliegen. De betekenis van het hele verschijnsel zal Ik jullie pas aan het eind zo kort mogelijk waarheidsgetrouw meedelen. Maar kijk nu naar beneden hoe het domme en volledig blinde volk van alle kanten naar de tempel stroomt! Binnen een kwartier zal het verschijnsel er heel anders uitzien; daarna kunnen jullie zien dat de paniek nog veel groter is geworden! Maar nu rusten wij eerst gedurende dit kwartier!'
«« 44 / 229 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.