Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

338 resultaten - Pagina 22 van 23

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23
[7] Er zou iemand kunnen vragen: Waarom zijn voor dit doel de vertrekken zo buitensporig hoog? - Heb maar even geduld, dan zullen jullie direct zien dat de zaak niet zo ondoelmatig is als ze op het eerste gezicht lijkt. Want de kunstbeoefening van de bewoners van deze gordel, en met name het gebied van de mechanische apparaten, die noodzakelijk zijn om te bouwen, is buitengewoon groots en dikwijls ook heel gecompliceerd - zoals bijvoorbeeld hun uitzonderlijk grote hefmachines en ook hun werpmachines. - Haal je maar eens de reusachtige bouwwerken van deze mensen voor de geest; stel je voor tot op welke voor jullie nauwelijks te begrijpen hoogte zij stenen van verscheidene duizenden centenaar zwaar omhoog brengen. Wanneer jullie hier enige aandacht aan schenken, zal het beslist niet al te onbegrijpelijk voor jullie zijn dat er, om dergelijke doeleinden te bereiken, ook overeenkomstige middelen moeten zijn.
Hoofdstuk 49: Het kunstmuseum van de tempel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[48] Opmerking: Deze vermelding, die schijnbaar vorige mededelingen over de manen van Miron tegenspreekt, was voor de schrijfknecht van de Heer, Jakob Lorber, aanleiding tot de volgende bede: ‘O mijn zeer geliefde Heer en heilige Vader in Jezus! Ik arme, waardeloze zondaar en trage, onoplettende knecht vraag U uit de grond van mijn hart of U mij weer uit een verlegenheid wilt helpen! - Kijk, zoals U bekend is en altijd geweest is, heeft zich in het dictaat over de zon een kleine tegenstrijdigheid in getallen voorgedaan, en wel bij de laatste planeet waarover aanvankelijk in de inleiding gezegd is dat die slechts drie manen heeft; nu, bij de specifieke behandeling van dit hemellichaam wordt er echter gezegd, dat het tien manen heeft! - Hoe moet dat opgevat worden? - Hier sta ik, Heer en Vader, voor U en belijd vanuit mijn diepste innerlijk dat een dergelijke tegenstrijdigheid van getallen mij nog nooit van de wijs heeft gebracht; want ik weet maar al te goed en zeker, dat in U alles uiteindelijk opgelost wordt en tot de mooiste evenwichtige harmonie komt; maar zo is het niet bij iemand anders, die U, o Heer en Vader, heel goed kent. - Deze persoon heeft de scherpe schoolse punten van zijn verstand nog niet door een deemoedig en aan U overgegeven geloof stomp gemaakt, en één gesproken woord is al voldoende om zijn geloof te doen wankelen en mij, arme knecht, van bedrog te verdenken! - Geef, o Heer, vanwege deze man mij dus nu al de oplossing van deze getalstegenstrijdigheid, of leid mij er veilig vandaan, aangezien ik constant het gevaar loop om van bedrog in Uw naam verdacht gemaakt te worden, en geef deze genade aan iemand anders, maar laat mij Uw enige liefde en erbarmen! Want op deze manier ben ik niet veilig voor de strikken van de wereld. - help mij dus op de ene of andere manier. - Als ik voor dit heilige ambt van Uw grote genade te zwak ben, sterk mij dan in alles of zet iemand anders op mijn plaats. Want werkelijk, deze taak is mij al tot een grote last geworden, aangezien die een waarlijk groot en zwaar kruis is! - Maar zoals altijd geschiede ook deze keer Uw heilige wil. Amen’. De knecht kreeg het volgende, voor menig verstandelijk criticus betekenisvolle antwoord: ‘Schrijf dan, Zoon van Adam, die nog vuur van de hemel roept, wanneer je bekritiseerd wordt, om welke reden jij op oude gronden een ware Jakob bent! Kijk naar Mij: wat hebben de mensen al allemaal niet van Mij gemaakt! Hoe vaak ben Ik niet een bedrieger, een volksopruier, een Israëlitische leegloper, vagebond, zonderling, dwaas, een tovenaar, ja zelfs een dienaar van Beëlzebub genoemd!? - Ja, zelfs in deze tijd vergaat het Mij op aarde geen haar beter; men hoont en bespot Mij allerwegen, lacht Mij uit, of men loochent Mij helemaal en vernietigt daardoor tevens zeker tot de laatste letter Mijn woord en derhalve ook al Mijn genade en erbarmen. Waar Ik eventueel nog voor de schijn gediend wordt, hoef Ik je niet nader te beschrijven hoe zo’n dienst op zichzelf merendeels in elkaar zit; want dat weet je voor het grootste deel al! - En zie, toch laat Ik geen zwavel en vuur uit de hemel regenen! Wees ook jij dus zachtmoedig en bescheiden, en wees altijd vol liefde, zachtmoedigheid en geduld tegenover jouw broeders en zusters, dan zul je meer bij hen bereiken dan door zwavel en vuur uit de hemel! Als A.H.W. hier en daar tegen sommige dingen bezwaar maakt, hoeven we daarom nog niet boos op hem te worden; hij doet het immers niet om jou verdacht te maken, maar alleen ter wille van het licht. Daarom, Mijn Jakob, nog geen vuur uit de hemel dus! Ook is het niet nodig dat jij Mij daarom het ambt van genade wilt teruggeven, maar ga maar gewoon door; het juiste licht over iedere uiterlijk schijnbare tegenstrijdigheid zal op de juiste tijd en de juiste plaats wel doorbreken. Want als dat eerste onberispelijk geweest zou zijn, zou er geen ruimte voor iets anders gezocht worden! - Dat moet je goed begrijpen - en ook er ook acht op slaan waarom het Oude Testament bekritiseerd en er een Nieuw voor in de plaats werd gezet! - Zo is het hier dus ook. Drie korrels worden er in de aarde gelegd, die tienvoudige vrucht opleveren. Waarom niet drievoudig? Waarom moeten de drie gegeven korrels eerst in de aarde uitgebreid bekritiseerd worden, ja waarom te gronde gaan, om de nieuwe tien kinderen een vrije groei te schenken? Bij jullie spreken drie en tien elkaar weliswaar tegen, vanwege jullie hardheid, maar zo is het niet bij Mij; want in Mijn rijk zijn duizend als één en één gelijk aan een aantal van oneindig velen! - Wacht ook jij dus maar geduldig af, en vertrouw Mij, dat Ik echt allerhoogst wijs ben, dan zal op de juiste plaats wel blijken waarom er in het eerste bericht drie en in dat vandaag, als het ware het nieuwe bericht, tien manen staan! - Maar om te zorgen dat jij niet weer onnodig vurig wordt, zeg Ik je nu al dat er bij de onthulling en over de zon nog enkele tegenstrijdigheden over de gesteldheid voorkomen en zelfs nóg enkele zullen voorkomen. Maar als de zon af zal zijn, zullen alle tegenstrijdigheden opgelost worden! Daarom moet jij niet vurig en A.H.W. niet angstig worden. Want wat jij ontvangt is Mijn zaak, en Ik zal er wel in alle opzichten voor weten te zorgen dat die wordt zoals ze moet zijn; maar jij doet genoeg als je Mijn wil vervult! - Laat iedereen met zijn wereldse verstand maar lekker ver van Mijn gave blijven - anders lijkt hij op zaad, dat uit de hand van de zaaier op doornen en distels viel. Want in het verstand wonen allerlei zorgen. - Wie dus Mijn woord met zijn verstand in plaats van met zijn hart afmeet, zal de vruchten van Mijn zaad waarschijnlijk nooit oogsten. -Bij Matteüs (28: 1-7) komen er twee vrouwen naar het graf; er vindt een aardbeving plaats, er verschijnt een engel die de steen van het graf wentelt, erop gaat zitten en de twee vrouwen over Mij informeert. - Bij Markus (16: 1-7) komen er drie vrouwen, die zich zorgen maken vanwege de steen; deze wordt door een onzichtbare macht weggehaald, daarna gaan ze het graf binnen, zien daar een jongeman met een wit kleed aan de rechterkant zitten, die hen troost en inlichtingen over Mij geeft! - Bij Lukas (24: 1-7) komen er verscheidene niet genoemde vrouwen, met specerijen zelfs, die steen reeds afgewenteld vinden, direct het graf binnengaan, maar daar nog niemand vinden; na een poosje, waarin ze zich al zorgen zijn gaan maken, komen er twee mannen in glanzende kleren op hen toe die hun inlichtingen over Mij geven! - Bij Johannes (20: 1-14) komt er maar één vrouw, namelijk Magdalena, die het graf open aantreft, maar niemand erin; daarom loopt ze naar Petrus, en Petrus komt met de andere leerling haastig naar het graf en vinden daar behalve de opgestepelde linnen doeken niets, gaan vervolgens weer naar huis, en pas hierna kijkt de huilende Magdalena in het graf en ziet aan hoofd- en voeteneinde twee engelen in witte kleren, die alleen maar vragen: ‘Vrouw, waarom huil je?’ En nadat ze de vraag beantwoord heeft, sta Ik ook al achter haar! - Wat moet iemand, die hierbij uiterlijk, puur werelds en historisch volgens zijn verstand oordeelt, bij deze vier zeer verschillende mededelingen noodzakelijkerwijze wel vinden, als hij echt spitsvondig en kritisch te werk wil gaan? - Ik zeg je: ofwel de dood van zijn verstand, ofwel de dood van zijn geloof. De dood van zijn verstand, als hij daar een goddelijk mysterie vermoedt en dat aan Mijn wijsheid en almacht overlaat. De dood van zijn geloof echter, als hij zegt: Als het feit authentiek zou zijn, zouden daarin niet slechts vier, maar honderd geschiedschrijvers qua aantal, de wijze waarop, de woorden en in feite in alles overeen moeten stemmen - maar ieder van de vier evangelisten zegt iets heel anders! Wie heeft er gelijk? - Geen van hen! - En dus geloof ik ook niets! Maar kijk, noch het verstand, noch het geloof moet gedood worden. Hoe kan dat? Ik zeg je: alleen door liefde, deemoed, zachtmoedigheid en geduld! Als deze vier zaken één worden in de mens, zal er ook een grote hoeveelheid levend licht komen in zijn hart, waarin alle tegenstrijdigheden opgelost zullen worden! Neem dat in acht, dan zal het jullie ook duidelijk worden. Als jullie echter met je verstand Mijn schatgravers willen zijn, waarlijk, dan zullen jullie enkel afval vinden! - Wie echter zijn hart door zijn verstand wil wekken, zij ervan verzekerd dat het alleen maar doodt; want er is geen zwakkere liefde dan die van het verstand! - Wie echter het leven wil ontvangen, moet zacht en geduldig liefhebben en geloven en niet als een slechte rentmeester een voorbarige verantwoording van Mij verlangen, want ware kinderen hebben de Vader lief en twisten niet met Hem! - Begrijp dat goed! - Amen’.
Hoofdstuk 74: Verwijzingen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Dat dan de negatieve altijd aan het kortste eind moeten trekken, spreekt vanzelf Want wat zwaar is en steeds zwaarder wordt, moet omlaag vallen. Waarom dan ook mensen, die hun hart met teveel aardse negatieve onbenulligheden volladen, het daardoor steeds zwaarder maken en daardoor ook ondoordringbaarder en dichter en ongeschikt voor het licht; ze zijn dan niet meer in staat in het rijk van het licht op te stijgen, maar maken zich wel steeds meer geschikt om neer te storten in het rijk der duisternis.
Hoofdstuk 23: De aardatmosfeer en haar neerslag - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Tegelijkertijd krijgen de meesten ook een grote eetlust en dorst en kunnen vaak op zo'n hoogte van spijzen genieten zonder dat het hun zwaar op de maag ligt, terwijl ze beneden in het dal die spijzen niet eens durfden te bekijken. De oorzaak daarvan is alleen in de grote zuiverheid van de lucht te zoeken en toont een grote gelijkenis met de toestand van de zaligen, die ook van alles kunnen genieten zonder dat het hen ook maar enigszins schaadt, omdat voor de reinen alles steeds meer gereinigd wordt en al wat schadelijk is daar niet meer schadelijk kan worden, waar het door gebrek aan de daartoe benodigde specifica geen verder vormende voeding meer vindt.
Hoofdstuk 23: De aardatmosfeer en haar neerslag - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Dit verschijnsel in de derde luchtregio is dus een heel bijzondere eigenschap speciaal van deze luchtregio, omdat een dergelijk verschijnsel in de onderste luchtlaag niet kan voorkomen; de lucht is daar namelijk te zwaar en valt te snel weer samen achter een haar doorkruisend lichaam, terwijl de zeer lichte lucht van de derde regio zich maar geleidelijk aan weer sluit. Daarom is achter zo'n vliegende meteoor nog een lange staart te zien die lijkt op die van een draak.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[8] Als de geest weer door de hartstocht van zijn ziel wordt gevangengenomen, dan verwijdert hij zich van Mij en hoe verder hij zich van Mij verwijdert, des te grover en materiëler wordt hij, tot hij tenslotte zelfs in de materiële wereld onder de een of andere materiële vorm, die met zijn hartstocht overeenstemt, zichtbaar wordt. Hij wordt dan weldra, te zwaar geworden voor deze tweede regio, als gevangen in een grof materieel lichaam naar beneden geworpen door zijn eigen gewicht, dat de wil is van de vredesgeesten en ook de Mijne, want Mijn wil is het gewicht van alle lichamen.
Hoofdstuk 31: De bezigheden van de geesten in de tweede luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Een vierde gedenkwaardige eigenschap van deze dieren is, dat ze bij hevige stormen levende bliksemafleiders vormen. Want dit dier heeft een grote natuurlijke genegenheid voor bliksem. - Als er zwaar met elektriciteit beladen wolken voorbijtrekken, gaan deze dieren gezamenlijk op een hoog punt staan, strekken hun tongen naar de wolken uit en ontladen die niet zelden geheel en al van hun elektriciteit; ze ontladen de wolken echter nooit plotseling via hun horens, maar laten de elektriciteit geleidelijk wegstromen via de twee schouderkegels, die de dieren voor dit doel bezitten. - Door deze eigenschap zijn ze ook de beste nachtwakers van menselijke woningen van deze planeet. Want ‘s nachts is het, behalve voor iemand die het dier kent, niet raadzaam om zo’n huis te naderen. Wie dat zou doen, zou zich blootstellen aan het zeer grote gevaar om door de bliksem doodgeslagen of tenminste toch erg beschadigd te worden.
Hoofdstuk 59: De Miron-koe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Zo moeten jullie je ook niet voorstellen dat in een hagelkorrel een hele geest met zijn ziel samen gekneed naar beneden valt, maar dat zijn alleen maar zijn materiële wensen. Deze worden vanwege hun materiële zinnelijkheid door de vredesgeesten samengedrukt en worden daardoor materieel en zwaar. Daar deze wensen echter een dwingend verlangen zijn van de geest en de ziel, wordt de geest met zijn ziel door dit nieuw gevormde materiële zwaartepunt daarheen getrokken, waarheen deze, vanwege zijn materiële eigenschap, noodzakelijk gericht moet zijn.
Hoofdstuk 32: Geesten nemen bezit van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Dit is een heel materieel beeld maar stelt toch het geestelijke in een vergelijking heel treffend voor. Daaruit kun je de gevolgtrekking maken, hoe zich een geestelijke mens, wiens ziel een geestelijke ballonachtige buitenvorm is, in zijn binnenste verdicht, daardoor zwaar wordt en van zijn hoogte af de richting inslaat naar de werkelijke materie. Hier wordt deze materiële verdichting van zijn zinnelijke wensen door het vuur van zijn in deemoed ontwaakte liefde al gauw weer opgelost en hij stijgt dan, meer verdeemoedigd, langzamerhand op naar de plaats waar zijn wezen thuishoort.
Hoofdstuk 32: Geesten nemen bezit van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Ten eerste is ijzer zwaar. Waardoor wordt dat gewicht veroorzaakt? - Door een specificum dat uit de binnenste ruimten van de aarde opstijgt waardoor het, hoewel het hier aan dit metaal gebonden is, nog altijd zijn intelligente aantrekkingskracht daarheen richt, waar het zo lang was verbannen. Deze aantrekking (deze zwaartekracht) in dit specificum is als het ware de liefde naar omlaag.
Hoofdstuk 45: Mineraal, plant en dier - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[16] De ziel van een zwakzinnige bijvoorbeeld is in zichzelf even volkomen als die van een dokter in de filosofie; maar het lichaam van zo'n ziel is te plomp en te zwaar en laat maar heel weinig of helemaal geen licht in de ziel binnen - of de lichtvonk die in de ziel is gelegd kan niet opvlammen omdat hij teveel verdrukt wordt door de zware vleesmassa. De ziel van een filosoof laat echter veel licht door en drukt niet zozeer de geestelijke vlam op één punt samen.
Hoofdstuk 52: Ziel en geest in de mens - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[28] En zo is juist Mijn aldus gepolariseerde wil tegelijkertijd de grondstof van alle dingen, waaruit die dan ook mogen bestaan; of ze groot, klein, gedegen, hard, zacht, zwaar of licht zijn, toch zijn ze niets anders dan Mijn meest wijze gedachten en ontlenen zo hun lichamelijk zichtbaar bestaan aan de jullie bekend gemaakte polarisatie van Mijn eeuwige wil.
Hoofdstuk 79: Het magnetische fluïdum - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Ik antwoordde: 'Oh ja, en dát niet alleen maar zelfs de hele aarde! Maar het is juist Mijn bedoeling alleen heeft dat nog niemand ingezien om alles te behouden en niets te vernietigen! Maar, om uzelf te doen inzien dat Ik geen ijdele praalhals ben doch in staat ben om wat Ik beweer ook tot stand te brengen, mag u Mij een steen laten brengen, net zo groot en zo zwaar als u zelf wilt, en legt die dan maar op deze tafel !'
Hoofdstuk 17: Wonderbaarlijke verdwijning van de ezel. Het wonder met de steen. Verbazing bij de Romeinse rechter over de wondermacht van het Jezuskind en over Diens verhelderende woorden met betrekking tot de komst van Zijn koninkrijk. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[7] ja, zo zullen zij spreken en zo ook doen! Maar, zodra ze met hun tempelbouw zullen beginnen, zal er uit de aarde een machtig vuur omhoogschieten en de bouwlieden en het materiaal zullen zwaar worden geteisterd.
Hoofdstuk 26: Vertoornd wederwoord van de opperpriester. Voorspelling door de jeugdige Jezus over de roeping der heidenen tot Godskinderen in plaats van de joden en over de verwoesting van de tempel en van Jeruzalem. De waarheid over de dood van Zacharias. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[18] Wat echter bij zulk een proces van de zogenaamde koolstof wordt ontbonden, verzamelt zich in een eigen kleine galblaas en wordt door de maag weer opgenomen als iets zwaar verteerbaars in de vogelmaag komt, wat vooral bij de duif vaak het geval is.
Hoofdstuk 4: De inwendig lichamelijke opbouw van duiven en andere vogels - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23