Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

11480 resultaten - Pagina 25 van 766

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[2] MARTINUS, hierdoor helemaal verrast, zegt: 'In mijn huis is nog voor vele duizenden plaats; dus ook voor jullie. Want groter dan jullie wereld is mijn huis, dat de Heer, mijn eeuwig heilige Vader, voor eeuwig voor mij heeft gebouwd. Ontdoe jullie daarom - als jullie naar mijn huis verlangen - van je wijsheidsprijs, neem die van mij van de liefde en volg mij! Maar als dat mogelijk is, bedek dan jullie al te grote bekoorlijkheid wat meer. Want deze is voor mij machtiger dan jullie woorden, daar ik leef in de liefde en niet alleen in de wijsheid!'
Hoofdstuk 140: Verzoek van de drie zonnedochters aan Martinus, hen te leren God lief te hebben - Martinus' kritische hoofdvraag - De in liefde ontvlamde zonnedochters omarmen Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] Hun gezicht mag je hun voorlopig al helemaal niet laten zien, tenzij zij het dringend vragen. Als je het echter op een andere manier kunt afwikkelen, dan zal dat des te beter zijn. Als onze nonnen het gezicht van dit drietal zullen aanschouwen, dan zullen ze als door de bliksem getroffen op de grond vallen en uit woede en grote schaamte gewoonweg zichzelf wat aandoen. Wees daarom nu zo voorzichtig mogelijk, anders krijgen wij hier grote problemen mee.'
Hoofdstuk 142: De nieuwsgierigheid van de twintig ijdele nonnen – Heilzame verdeemoediging door de onthulde schoonheid van de drie zonnedochters - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] Bij deze beschrijving staan DE DRIE ZONNE DOCHTERS weer op en zeggen: 'O verheven vriend en meester van grote wijsheid! Als de grote God Zijn toekomstige kinderen zo behandelt, dan geven wij niets voor een dergelijk kindschap! Want als er dan misschien één uit duizenden door een ontzettend zelfverloochenend leven met het zo hard en moeilijk verworven kindschap alle bekwaamheden van de Allerhoogste zou hebben bereikt, dan zijn deze toch niets tegenover een dergelijk lijden! En driemaal niets, omdat ze alleen diegene ten deel vallen, die zijn hele leven lang zo goed mogelijk alle denkbare ellende geduldig heeft doorstaan.
Hoofdstuk 147: Kritiek van de drie schoonheden over het kindschap Gods op de aarde vol ontberingen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] PETRUS zegt: 'Vriend, Hij is al tamelijk dicht bij ons. Zie Hem eens met je scherpe ogen heel vast aan en zeg me dan, of Hij er wel zo vreeswekkend, grimmig en verschrikkelijk uitziet. Zeg mij ook of de drie dochters van dit huis die voortdurend naar Hem omkijken en zeer vrolijk gestemd lijken te zijn, mogelijk ook iets van jouw grote vrees in zich bespeuren?'
Hoofdstuk 164: Logische uiteenzetting van Petrus en het opheffen van de twijfel van de oudste der zon aangaande de zichtbaar aanwezige Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] Na deze toespraak wordt van buitenaf een teken gegeven, dat het water van de grote zee slechts een manslengte verwijderd is van diegenen die in het laagste gedeelte zijn gaan staan, en dat het nu elk moment hun voeten zal omspoelen. De almachtige Geest zou hen nu moeten helpen, anders zouden ze genoodzaakt zijn om meteen zo snel mogelijk op de vlucht te slaan.
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] IK zeg: 'Niet slechts één, doch Petrus, Johannes, Borem, Chorel en Uhron en Shonel zullen je daarheen begeleiden en dat zo snel mogelijk! Want op de verre middengordel van de zon, recht tegenover onze voeten - dus in zekere zin op de onderste zonnehelft - is Satan van plan grote vernietigingen aan te richten en maakt het te bont; daar zul je hem aantreffen vol woede en pijn en met zwaar werk. Doe daar dan met hem, wat je wilt en wat je goed dunkt. Zo zij het!'
Hoofdstuk 189: Martinus' menselijk voorstel tot het onschadelijk maken van Satan - Wenk van de Heer over het toelaten van de boze werken van Satan - Martinus' volmacht om Satan uit te bannen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] Direct aan het begin hebben jullie gehoord, dat de aardbodem van de zonneplaneet niet zo hard en stug is als bijvoorbeeld die van jullie aarde; maar hij is overal als het ware elastisch, met name in de richting van de evenaar. Maar stel nu eens, dat de bodem daar even stug en derhalve gemakkelijk breekbaar zou zijn - wat zou er dan wel niet gebeuren als gevolg van de buitengewoon grote slingerkracht, met name aan de evenaar van de zon? - Niets anders, dan dat daardoor de ene berg na de andere en het ene stuk land na het andere met de grootste heftigheid van het oppervlak van de zon de oneindige ruimte in geslingerd zouden worden. Maar omdat de aardbodem van de zon zo taai is, is dat niet mogelijk, ook al zou de beweging nog eens zo snel zijn als nu.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[14] A zegt: ‘Ja, beste broeder, je zou deze keer wel eens gelijk kunnen hebben; want het gezwel wordt heel snel groter, en nog steeds komen er nieuwe uit het water omhoog - en ik zie nog steeds geen roodgloeiende punt. Luister dus allemaal, beste broeders en zusters, laten we ons zo snel mogelijk terugtrekken op de achter ons gelegen heuvel, waarop de grote leertempel gebouwd is’.
Hoofdstuk 10: De middengordel van de zon. Landschap en bewoners daar. Uitbarsting van een zonnegezwel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Ze laten behoorlijk hoge bomen uit de grond groeien, waarvoor ze niet veel tijd, moeite en werk nodig hebben. De een of andere leraar vormt in zijn idee een beeld van zo’n op te richten boom. Als hij het beeld ervan eenmaal volledig heeft gevormd, buigt hij zich naar de zonneaarde, krast hij met een spits instrument een groef in de aarde, steekt het spitse instrument dan zo diep mogelijk in de aarde en trekt het er weer uit; dan strijkt hij met zijn vingers over de groef en het gemaakte gat in het midden daarvan en zegt, nadat hij dit heeft gedaan: ‘Dat de wil van de grote God geschiede!’. - En weldra begint dan de genoemde boom uit de aardbodem van de zon op te schieten. Als de boom er na korte helemaal staat overeenkomstig de wil van degene, die hem heeft uitgebeeld, wordt hij gebruikt voor het doel waarvoor hij uit de bodem van de zon werd geroepen.
Hoofdstuk 11: De pendel-tijdmeter van de bewoners van de middengordel. Het ambt van tijdwachter en overige ambten - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Het sterkst doordrongen en aangegrepen wordt zo’n gast echter, wanneer hij bij het Nieuwe Testament komt. Want hierdoor wordt ook de Calvarieberg voor hem onthuld, en gewoonlijk weet hij dan van louter lof, dank en prijs geen raad en kan hij niet begrijpen, hoe het mogelijk is geweest dat de grote God zoiets aan Zich heeft kunnen laten gebeuren.
Hoofdstuk 22: De allerheiligste, zogenaamde brandende tempel. Diepere inwijding in de geheimen van de menswording van God en het kindschap Gods. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[16] Daarna wordt er een teken gegeven en loopt iedereen langs de voorgeschreven lijnen en cirkels, die mathematisch nauwkeurig op de grond aangebracht zijn, met precies gelijke passen en zo kalm mogelijk naar de eettafel, en daar moet iedereen dan weer volkomen gelijktijdig in de schaal grijpen en zo de vruchten dus ook geordend opeten. - En als de vruchten opgegeten zijn, dankt men de grote, wijze Gever, loopt men in dezelfde orde van de eettafel weg en gaat men rusten.
Hoofdstuk 30: Huiselijke regels op het eerste paar nevengordels. Uiterst nauwgezette orde en het snuffelen naar wijsheid van de bewoners - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Deze gordel verschilt enorm van zijn noordelijke tegenhanger. Want ten eerste wordt hij behalve door een hoge ring van bergen ook nog direct door een brede watergordel van de tweede zuidelijke gordel gescheiden. Daarna begint er pas een buitengewoon bergachtig land. Dat uiterst weinig vlakten heeft, en de weinige vlakten zelf zijn nog met water bedekt. Op vier plaatsen wordt dit land door een breed water van de ene ring van bergen tot de andere zelfs zodanig gescheiden, dat het voor de bewoners van het ene land niet mogelijk is om bij de bewoners van het andere land te komen. Want de inham van de eigenlijke ringzee op zo’n plaats is zo groot, dat jullie wereldzeilers daar niet over zouden durven zeilen. - ten eerste vanwege de grote watervlakte, en ten tweede omdat het water van de ringzee met name in deze inhammen voortdurend erg stormachtig is en grote golven vertoont, die soms groter zijn dan de hoogste bergen op jullie aarde; en op zo’n woest wateroppervlak zou ook de allerdapperste schipper van jullie aarde zich niet wagen.
Hoofdstuk 35: De zuidelijke gordel van het derde gordelpaar - overeenstemmend met de asteroïden - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[18] De regel heeft betrekking op het buitenshuis zitten, op een vrije plek zoals bijvoorbeeld in de schaduw van reusachtig grote bomen. - Ieder mens van zowel het mannelijke als het vrouwelijke geslacht is daar verplicht om daar te zitten ongeveer op de manier zoals bij jullie de Turken doen, namelijk met gekruiste benen, en wel altijd in een kring, met de rug naar buiten en het gezicht naar het midden van de kring; en zoveel mogelijk moet er één vrouw tussen twee mannen zitten.
Hoofdstuk 39: Algemene leefregels. Sociale verhouding tussen man en vrouw - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[19] Daarmee hebben we nu men en vrouw zo goed mogelijk afgebeeld voor ogen. Wanneer jullie nu de lichamelijke vorm van deze mensen bekijken, hoeven jullie een niet al te grote gelaatkundigen te zijn om te raden, wat voor geestelijke mentaliteit ze hebben. - Wat wij hen op de planeet hebben zien doen, dat doen ze hier ook, alleen op veel grotere schaal.
Hoofdstuk 45: Het zesde gordelpaar, dat met Uranus overeenstemt. Mensen, planten en dieren aldaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Als het dus gaat over het vaststellen van het middelpunt der aarde, dan is daaronder niet zozeer het meetkundig middelpunt te verstaan, maar veelmeer het eigenlijke levens - of zwaartepunt van de aarde; want het bepalen van het meetkundig middelpunt der aarde zou, goed beschouwd, belachelijk zijn, wat men kan afleiden uit het feit dat men het middelpunt van een lichaam, dus ook dat van de aarde, alleen maar als een denkbeeldig puntje moet aannemen, dat volgens jullie mathematische begrippen juist gedefinieerd, iets is dat noch in lengte, noch in de breedte, noch in de hoogte ook maar de kleinst mogelijk denkbare doorsnede bezit en dus zeker in zijn soort het allerkleinste van alle dingen is. Jullie kunnen zeker aannemen, dat al in een atomistisch diertje, dat niet eens meer door de allerfijnste zonnemicroscoop ontdekt kan worden, zeker nog wel voor talloze miljarden van dergelijke punten plaats zou zijn. De vraag is dus: Wat zouden we wel over dit eindeloos kleine wezen, dat zo helemaal in het niet verdwijnt, te onthullen hebben? Men zou alleen maar hoeven te zeggen: het middelpunt der aarde bestaat uit niets, en dan was het al helemaal natuurlijk en geestelijk verklaard. Want het niets heeft lichamelijk en geestelijk beschouwd dezelfde betekenis; want waar niets is, daar houdt heel logisch alles op en een niets, zowel geestelijk als natuurlijk is in niets anders denkbaar dan in zo'n meetkundig middelpunt. Daarom zullen we ons dan ook van dit weinigzeggende middelpunt der aarde verwijderen en gaan we ons nu bezighouden met het veel belangrijker zwaartepunt van de aarde, dat natuurlijk grote afmetingen moet hebben en bij een zo groot lichaam als de aarde is, ook van een grotere omvang moet zijn om de speciale levenswerkzaamheden van dit hemellichaam de daarvoor benodigde ruimte te geven.
Hoofdstuk 1: Het zwaartepunt van de aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...