Hoe men God boven alles liefheeft

Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)

«« 102 / 127 »»
[1] Om echter door en door te ervaren en te begrijpen hoe men God boven de wet uit moet liefhebben, moet men weten dat de wet op zich niets anders is dan een saaie weg naar de eigenlijke liefde van God.
[2] Wie God in zijn hart begint lief te hebben, heeft de weg reeds afgelegd; maar wie God slechts door het onderhouden van de wet liefheeft, is met zijn liefde nog steeds een reiziger op de weg waar geen vruchten groeien en waar niet zelden rovers en dieven de wandelaar opwachten.
[3] Maar wie God zuiver liefheeft, die heeft Hem al boven alles lief! Want God boven alles liefhebben betekent toch: God boven alle wetten uit liefhebben. Wie buiten op weg is, moet voortdurend stap voor stap verdergaan om zo op de moeizaamste wijze het vooropgestelde doel te bereiken, maar wie God meteen liefheeft, die slaat de hele weg, dus de hele wet over en op die manier heeft hij God boven alles lief.
[4] Men zou nu misschien kunnen zeggen: dat klinkt vreemd, want naar onze begrippen betekent 'God boven alles liefhebben': God meer liefhebben dan alles in de wereld. Goed, zeg ik, maar vraag daar meteen bij: naar welke maatstaven moet een mens echter zo'n liefde meten? De tegenwerper heeft de maatstaven die gelden voor de hoogst mogelijke liefde van de mensen op aarde, duidelijk genoeg op een rijtje gezet en laten zien dat de mens op deze wijze helemaal geen maatstaf voor het boven alles liefhebben van God kan aanleggen.
[5] Maar ik zeg: wordt door de gegeven wet niet duidelijk aangetoond hoe de mens zich met zijn begeerte met betrekking tot wereldse dingen heeft te gedragen? In de wet worden dus alle dingen uitgebeeld en daarnaast wordt voor de liefde van de mens de juiste beperking gegeven, volgens welke ieder mens zich ten opzichte van wereldse dingen heeft te gedragen.
[6] Wanneer nu iemand God boven de wet uit liefheeft, dan heeft hij Hem zeker ook boven alle wereldse dingen uit lief, omdat, zoals gezegd, juist door de wet wordt aangegeven hoe men wereldse dingen moet gebruiken en hoe men zich ten opzichte daarvan volgens de goddelijke ordening dient te gedragen. Met een korte aanvulling aan de hand van een vergelijkbare situatie zal de hele zaak zonneklaar worden.
[7] De Heer zegt tegen de rijke jongeling: 'Verkoop alles, verdeel het onder de armen en volg Mij!' Wat wil dat zeggen? Met andere woorden, niets anders dan: als jij, jongeman, de wet hebt nageleefd, verhef je dan nu daarbovenuit, geef de wereld alle wetten en al haar dingen terug en blijf jij bij Mij, dan heb je het leven!
[8] Wie zal nu niet begrijpen wat het betekent om God boven de wet uit lief te hebben?
[9] Verder zegt de Heer tot zijn leerlingen: Als jullie niet worden als dit kindje, dan zullen jullie het rijk Gods niet binnengaan'. Wat wil dat wel zeggen? Niets anders dan:
[10] Als jullie niet bij Mij komen zoals dit kindje en daarbij op niets of niemand letten, noch op de wet noch op de wereldse aangelegenheden, en Mij zoals dit kind met alle liefde omhelzen, dan zullen jullie het rijk Gods niet binnengaan! Waarom niet? Wel, omdat de Heer Zelf weer zegt: 'Ik ben de weg, de waarheid en het leven!' Wie zo tot Mij, als zijnde volkomen één met de Vader, wil komen, die moet door Mij de stal ofwel het rijk Gods binnengaan.
[11] Zolang dus iemand niet de Heer Zelf omhelst, kan hij niet bij Hem komen, al zou hij rotsvast duizend wetten standvastig in acht hebben genomen. Want wie nog op de weg is, is nog niet bij de Heer; maar wie bij de Heer is, wat zou die nog met de weg te maken hebben?
[12] Maar hier onder jullie bevinden zich dwazen en wel vele honderdduizenden die de weg veel hoger aanslaan dan de Heer. En als ze al bij de Heer zijn, dan keren ze weer om en verwijderen zich van Hem, om maar vooral op de ellendige weg te zijn! Zulke mensen beleven meer vreugde aan knechtschap, slavernij en aan een hard juk dan aan de Heer, die ieder mens vrij maakt. Zijn juk ,is bijzonder zacht en Zijn last is licht. Zacht is het juk, opdat het op de levensweg niet moge drukken op de schouders van de liefde voor de Heer, en heel licht de last, die de enige wet van de liefde is! Laten we nog een voorbeeld bekijken.
[13] De wetgetrouwe farizeeër prijst zichzelf op de weg, maar de tollenaar vindt de hele weg bijzonder moeilijk, want hij is nooit in staat om het doel daarvan te overzien. Hij verdeemoedigt zich voor de Heer in zijn hart, hij erkent zijn zwakte en onvermogen om de weg precies te volgen. In plaats daarvan sluit hij God de Heer in zijn hart en maakt zo een reuzensprong over de hele moeilijke weg en bereikt daarmee zijn doel!
[14] Voor wie ligt het nu niet duidelijk voor de hand, wat 'de Heer boven alles liefhebben' betekent? Dus gaan we verder. Martha is op weg, Maria bij het doel! Hierover hoeft men nauwelijks nog iets te zeggen, want het is hier overduidelijk wat 'de Heer boven alles liefhebben' betekent.
[15] Maar willen we ten overvloede de zaak nog duidelijker hebben, laten we dan nog eens naar de scène kijken waarin de Heer driemaal aan Petrus vraagt of hij Hem liefheeft. Waarom vraagt Hij hem dan driemaal? De Heer wist toch al dat Petrus Hem liefhad en Hij wist ook dat Petrus alle drie dezelfde vragen vanuit hetzelfde hart en vanuit dezelfde mond gelijkluidend zou beantwoorden. Dat wist de Heer. Dat is dan ook niet de reden dat Hij deze vraag aan Petrus heeft gesteld, maar om reden dat Petrus zou erkennen dat hij vrij is en de Heer boven alle wetten uit liefheeft. En daarom betekent de eerste vraag: 'Petrus, heb je Mij lief?' - Petrus heb je Mij op de weg gevonden? Dat bevestigt Petrus en de Heer zegt: 'Weid Mijn schapen', dat wil zeggen: leer ook jouw broeders Mij zo te vinden! - De tweede vraag: 'Petrus, heb je Mij lief?' betekent: Petrus, ben je bij Mij, sta je bij de deur? Petrus bevestigt dat en de Heer zegt: 'Weid dan Mijn schapen!' ofwel: breng dus ook jouw broeders mee, opdat ze bij Mij mogen zijn bij de deur naar het leven! - En voor de derde keer vraagt de Heer aan Petrus: 'Heb je Mij lief?' Dat wil zoveel zeggen als: Petrus, sta je boven elke wet? Ben jij in Mij zoals Ik in jou? Angstig bevestigt Petrus dat en de Heer zegt nogmaals: 'Weid dan Mijn schapen en volg Mij!' Dat wil zoveel zeggen als: breng dan ook jouw broeders, opdat zij in Mij mogen zijn en in Mijn ordening en liefde mogen wonen zoals jij.
[16] Want de Heer volgen, wil zeggen: wonen in de liefde van de Heer. Ik denk dat het overbodig is om over 'God boven alles liefhebben' nog meer te zeg-gen. En daar we dat nu weten en het licht van alle licht hebben leren kennen, zullen we ons meteen naar de twaalfde en laatste zaal begeven.
«« 102 / 127 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.