Aankomst van Cyrenius en Pilla. Jozef vertelt over het meisje. Cyrenius maakt Jozefs geadopteerde dochter het hof

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 99 / 302 »»
[1] Terwijl het meisje nog midden in haar grootste vreugde verkeer­de, kwamen Cyrenius en Maroni­us Pilla - overeenkomstig de op de avond tevoren gemaakte afspraak -weer bij Jozef terug.
[2] Jozef en Maria ontvingen Cyrenius met grote vreugde en hartelijkheid, en het eerste wat Cyrenius zei was:
[3] 'Zeg verheven vriend en broeder, wat mag hier wel voor­gevallen zijn, dat ik jullie, tot mijn grote genoegen, zo opgewekt aan­tref?'
[4] Jozef wees op het meisje en zei:
[5] 'Daar zie je de oorzaak van onze vreugde: Ze heeft het Kind je op de arm en ze is als in trance van gelukzaligheid!
[6] Nu keek Cyrenius wat aan­dachtiger naar het meisje, en zei daarna tegen Jozef:
[7] 'Is dit jullie nieuwe kinder­meisje? Waar heb je deze schone Israëlitische zo plotseling van­daan?'
[8] En Jozef gaf de in nieuwsgie­righeid ontstoken Cyrenius ten antwoord:
[9] 'Beste vriend, niets minder dan een wonder heeft haar onder ~ dit dak gebracht! Zij is blind bij mij gekomen, en ze zag eruit als een oudere, straatarme bedelares!
[10] Door de wondermacht van het Kindje werd zij ziende, en toen pas bleek, dat ze een meisje is van nauwelijks twintig zomers en een wees! Daarom heb ik haar als mijn dochter geadopteerd. En dat is de eigenlijke reden van onze vreugde!'
[11] Met steeds toenemende be­langstelling sloeg Cyrenius het meisje nu gade, alhoewel het meisje zelf, volledig in beslag ge­nomen als ze was door haar grote geluk, Cyrenius nog niet eens had bemerkt, ofschoon die daar in al zijn stralende indrukwekkend­heid stond! Hij zei nu tegen Jozef:
[12] 'O broederlijke vriend, wat spijt het me nu een hoge Romein­se patriciër te zijn!
[13] Werkelijk, ik zou er alles voor over hebben om jood te zijn, zodat ik deze verrukkelijke jodin van je een huwelijksaanzoek zou kunnen doen!
[14] Want ik ben vrijgezel zoals je weet, en kinderloos. O wat zou zo'n vrouw, die ook nog door jou is gezegend, voor mij niet alle­maal kunnen betekenen!'
[15] Jozef begon nu tegen Cyre­nius te glimlachen en vroeg hem veelbetekenend: 'En als dit meis­je nu eens geen jodin zou zijn, maar een meisje van hoge Ro­meinse adel, wat zou je dan wel doen?
[16] Stel eens dat ze de enige dochter zou zijn van een patriciër, wier ouders in de golven zijn om­gekomen, toen ze over zee op be­devaart waren naar Delphi?'
[17] Totaal verbluft keek Cyre­nius Jozef aan, en na een ogenblik van stomme verbazing zei hij:
[18] 'Maar waarde vriend en broeder, wat betekent dat? Ver­klaar je nader alsjeblieft; het schijnt dat die zaak mij direct aan­gaat!'
[19] 'Waarde vriend,' zei Jozef, 'alles op zijn tijd, heb dus maar een beetje geduld; het meisje zal je dan zelf alles wel vertellen!
[20] Maar vertel jij mij nu maar eerst eens, hoe het er uitziet met de uit het puin uitgegraven lijken!'
«« 99 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.