Goddelijk-geestelijke wijsheid is dwaasheid voor de wereld

Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)

«« 45 / 127 »»
[1] Nu hebben jullie daar wat over nagedacht en ik zeg jullie: hier is de situatie als volgt: jullie hadden daarover kunnen denken wat je maar had gewild, en toch hadden jullie een volkomen juist en waarheidsgetrouw beeld dat overeenstemt met de innerlijke betekenis van dit ornament moeten vinden. Jullie zeggen nu weliswaar met enige verbazing:
[2] Als dat zo is, dan heeft men het in het rijk der geesten bijzonder gemakkelijk. Men kan op die manier volkomen gedachteloos en zinloos allerhande onsamenhangende frasen achterelkaar babbelen, en dat nog wel om op een allerbelangrijkste levensvraag een verhelderend antwoord te geven; toch heeft men tenslotte met loos gebrabbel onwillekeurig de hoogste wijsheid geproduceerd.
[3] Wij zijn daarentegen echter van mening dat men in de geest om werkelijk wijs te spreken nog heel wat overtuigender moet spreken dan op aarde, en wel om de toch beslist overtuigende reden dat een geest, wanneer hij zich in de volkomen zuivere toestand bevindt, ook meer afdoende en overtuigende hulpmiddelen ten dienste staan dan op de verbrokkelde, uiterlijke wereld, waar hij bovendien door zijn zware vleesmassa nog wordt gevangen gehouden en terneergedrukt.
[4] Ja, mijn lieve vrienden en broeders, jullie hebben enerzijds wel gelijk wanneer jullie het geestelijke met aardse maatstaven meten, maar meten jullie het geestelijke geestelijk, dan zullen jullie gemakkelijk gewaarworden dat jullie eerdere gevolgtrekking op een zeer wankele basis berust. Jullie hebben zeker in de brieven van mijn lieve broeder Paulus gelezen dat hij niet zelden gezegd heeft dat de wijsheid van de wijzen in Christus voor de wereld de grootste dwaasheid zou zijn. Dat is ze ook werkelijk; maar hoe dan?
[5] Kijk, als jullie tellen, dan denken jullie dat de ordening van jullie getallensysteem volmaakt is en geen lacunes kent, maar ik zeg jullie dat zich tussen al die getallen een niet te dichten kloof bevindt die slechts voor de hoogste geest zichtbaar opgevuld is. Welk oordeel zouden jullie dan vellen wanneer een van het hoogste genadelicht vervulde geest voor jullie zou gaan staan en tussen één en twee talloze miljarden zou tellen en tenslotte zou zeggen: en toch is de kloof tussen jullie twee systematisch geordende getallen nog lang niet opgevuld. En wanneer hij jullie dan in nog diepere, niet gedichte kloven tussen de door hem getelde miljarden, die zich allemaal tussen jullie één en twee bevinden, zou leiden, dan zullen jullie zeggen:
[6] Dit wezen heeft hoogst overspannen begrippen en kletst over oneindige grootheden waar wij niets anders zien dan twee vlak bij elkaar liggende eenheden.
[7] Een andere geest kan naar jullie toekomen en jullie verhalen vertellen over jullie aarde, over de grijze prehistorie, evenals over de jongste verleden tijd en de tegenwoordige tijd, die op aarde eigenlijk nooit hebben plaatsgevonden. Ja, hij kan nog een andere streek uithalen; hij kan echte daden uit de tegenwoordige tijd naar het grijze verleden verplaatsen en omgekeerd daden uit het grijze verleden naar de tegenwoordige tijd. Zo kan hij ook de plaatsen verwisselen waar de een of andere daad werd verricht. Zo kan hij ook de aarde met de zon verwisselen en nog meer van zulke dingen die totaal in tegenspraak met jullie beoordelingsvermogen zijn. Hij kan duizend zetten op de plaats waar jullie een één hebben en ook omgekeerd. Wat zullen jullie met je aardse, wijs geordende beoordeling daarop zeggen? Jullie zullen zeker niets anders uit kunnen brengen dan: hoor toch eens wat die geest bazelt!
[8] Jullie zeggen volgens jullie wereldwijsheid: als ik ben en denk, dan ben ik degene die is en denkt. De geest zal echter tegen jullie zeggen: ik ben en ben niet; ik denk en denk niet; ik ben, die ik niet ben; en ik denk, zoals ik niet denk. Wat zullen jullie daarop zeggen? Niets anders dan: kijk toch eens, die geest bazelt alweer! Want volgens de bij ons geldende orde kan een bepaald zijn toch niet tegelijkertijd een niet-zijn zijn.
[9] Kijk, hieruit kunnen jullie gemakkelijk opmaken dat geestelijke wijsheid zich nooit met aardse maatstaven laat meten. Opdat jullie daarvan een beetje begrip krijgen, zal ik jullie enkel het zijn en niet-zijn en het denken en niet-denken volgens de geestelijke wijsheid wat toelichten. Luister dus!
[10] Wanneer een geest zegt: ik ben en denk, dan geeft hij daarmee aan dat de Heer in hem alles in alles is; en zegt hij van zichzelf: ik ben niet en denk niet, dan zegt hij, dat zonder de Heer geen enkel wezen vanuit zichzelf iets is of iets vermag. Maar wat betekent het dan als de Heer, die toch eeuwig alles in alles is, in diepe wijsheid iets dergelijks over Zichzelf zegt? Kijk, dat betekent dan, dat de Heer zelf in Zichzelf eeuwig volmaakt is en volmaakt denkt. Wanneer Hij echter zegt: Ik ben niet en denk niet, dan wil dat zeggen: alle wezens zijn weliswaar schepselen van Mij en zijn Mijn, door Mijn wil vastgehouden, levende gedachten en in de gehele oneindigheid bestaat er geen ding dat Ik niet heb gedacht en met Mijn wil heb geschapen; opdat echter Mijn schepselen volkomen vrij zullen zijn, laat Ik Mijn gedachten zo volkomen vrij, alsof Ik hen niet gedacht en niet geschapen had. Zo kunnen zij dan helemaal als vanuit zichzelf vrij denken en handelen, alsof ze helemaal niet van Mij afhankelijk zijn en alsof Ik helemaal niet meer aanwezig zou zijn.
[11] Kijk, dat is dan de wijsheidszin in de geestelijke begrippen, die volgens aardse maatstaven in hun geestelijke eenvoud inderdaad wel als gebazel moeten worden aangemerkt. Zoals echter de verhoudingen in dit voor jullie enigszins verhelderende wijsheidsvoorbeeld liggen, zo liggen ze ook in alle eerder aangehaalde rekenkundige en historische voorbeelden. Daarom kunnen jullie een geest ook vragen: hoeveel is twee keer vier? en als de geest jullie zou antwoorden: twee keer vier is Judea of China of Azië of Europa of Jeruzalem of Bethlehem of koning Salomo en nog talloze andere zaken meer, dan zou hij jullie telkens een onfeilbaar en waar antwoord gegeven hebben.
[12] Daarop zullen jullie zeggen: dat twee keer vier acht is, dat zien we in, maar dat twee keer vier - landen, steden en volkeren kan betekenen, lijkt wel wat sterk op gebazel. Vanuit logisch verstand geredeneerd, zeker; maar vanuit het geestelijke gezien, waar elk getal een onuitputtelijke overeenstemmende geestelijke oerbetekenis heeft, zal dit antwoord volkomen juist zijn. Maar ik zie dat dit gegeven jullie weetgierigheid erg prikkelt en jullie zouden graag een klein sprankje licht willen hebben; daarom zal ik voor jullie toch nog een paar sprankjes tevoorschijn laten komen.
[13] Kijk, twee keer vier is acht; maar waarom is dat Jeruzalem? Kijk, in het getal 8 ligt het getal 7 onmiskenbaar besloten. Het getal 7 betekent de volmacht van de zeven geesten van God die overeenstemming hebben met de zeven kleuren en dus ook met het leven van elke mens. Maar nu hebben we bij het getal 7 nog het getal 1; wat betekent dit dan? Het betekent dat deze zeven geesten niet zeven, maar in diepste wezen slechts volkomen één geest zijn; en dat is als het ware in het getal 8 uitgedrukt, waarin tegelijkertijd de geesten van God afgezonderd en dan daarnaast tot één verenigd op overeenstemmende wijze uitgebeeld worden, en deze verenigde één met de vroegere, gedeelde 7 het volledige getal 8 geeft.
[14] Nu stelt Jeruzalem onder het werkend principe van liefde en wijsheid eveneens de Heer voor, hetgeen jullie uit de beweegreden voor het ontstaan van deze stad en uit haar doelmatige inrichting duidelijk kunnen opmaken. Zodoende zijn de Heer of Zijn liefde en wijsheid of de zojuist aangeduide stad Jeruzalem volkomen identiek; en het getal 8 dat de Heer als een vereend, volmaakt wezen voorstelt, moet dan eveneens datgene voorstellen wat vanuit welk standpunt dan ook bekeken, de Heer in Zijn vereende volmaaktheid voorstelt. Jeruzalem echter doet dat, en daarom kan het ook met hetzelfde recht door het getal 8 worden aangeduid.
[15] En zoals het met Jeruzalem gesteld is, zo is het in diepste wezen ook met al het andere gesteld, omdat de Heer toch zeker overal alles in alles is. Daarom kan het getal 8 in die bepaalde sfeer heel goed zowel het ene als het andere betekenen.
[16] Jullie zeggen nu weliswaar: als dat met 8 zo is, dan moet dat ook voor alle andere getallen opgaan. Dat is juist en zeker, maar zolang jullie nog met aardse getallen en maatstaven omgaan en van oordeel zijn dat God en de zuivere geesten net zo moeten tellen als jullie, zullen jullie van zoiets de diepe betekenis niet volledig kunnen begrijpen.
[17] Wanneer een profeet nu zegt: voor God zijn duizend jaren als één enkele dag en het getal van alle mensen is gelijk een nul voor de Heer, wat zeggen jullie dan van deze mathematische verhoudingen? Want eigenlijk moeten jullie toch zeggen: God heeft jaren en dagen ingesteld en het jaar samengesteld uit driehonderd en ruim zestig dagen. Hij moet dan toch zelf eerst een goed onderscheid tussen de dagen en de jaren hebben gemaakt, anders zou het voor Hem zeker onmogelijk zijn geweest om dagen en jaren zo goed geordend en goed te onderscheiden op elkaar te laten volgen.
[18] Wanneer de Heer dat blijkbaar overduidelijk berekenend heeft gedaan en zelf zeker het beste weet uit hoeveel dagen een jaar bestaat, hoe kan Hij dan zijn eigen ingestelde ordening als het ware vergeten, daar zo heel achteloos overheen stappen en duizend jaren gelijkstellen met één enkele dag van het jaar?
[19] Kijk, zo'n uitspraak komt jullie veel natuurlijker voor omdat jullie daar meer aan gewend zijn, hem al vaker gehoord hebben en daarover ook min of meer passende vergelijkingen hebben gemaakt. Zouden jullie daar nooit van hebben gehoord, dan zou die uitspraak jullie even wonderlijk in de oren klinken als wanneer ik jullie zou zeggen: zevenhonderdertig en vier jaar zijn gelijk aan 27 dagen en enkele luttele uren en één uur één minuut op zich.
[20] Ik wil jullie hiermee alleen maar aantonen dat getallen, jaren, dagen, uren en minuten in de geest absoluut niet die betekenis hebben waar ze voor staan, maar dat de wijsheid van de geest anders is dan die van het aardse verstand. Jullie zullen nu dan hopelijk ook een beetje beginnen te begrijpen dat ik daarnet volkomen juist tot jullie heb gesproken toen ik jullie zei: jullie kunnen je over de betekenis van deze versiering dan ook een willekeurig overeenstemmend beeld vormen en dan hebben jullie toch volkomen de ware betekenis van dit ornament van het zuilenrondeel beschreven.
[21] Opdat jullie je echter daarvan des te levendiger kunnen overtuigen, mogen jullie een willekeurig beeld beschrijven dat overeenstemt met de betekenis van dit ornament, dan zal ik jullie met de genade van de Heer bij de volgende gelegenheid aantonen, dat ik met mijn stelling volkomen gelijk heb.
«« 45 / 127 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.