De sleutel tot geestelijke geschriften.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)

«« 164 / 263 »»
[1] IK zeg: "Ja, vriend Cornelius, een regel en een richtlijn daarvoor is er in de sfeer van de uiterlijke wereld niet te vinden; het enige wat je de sleutel geeft en je helpt om de geest van de Schrift te begrijpen, is je eigen uit Mij en Mijn leer wedergeboren geest. Zolang je in de geest niet wedergeboren bent, helpt geen enkel~ regel je wat; maar als je het eenmaal bent, heb je geen regel meer nodig, want je ontwaakte geest zal het bij hem behorende ook zonder een algemene regel gemakkelijk en snel vinden.
[2] Maar wil je tenminste de natuurlijke betekenis van de Schrift beter leren begrijpen dan tot nu toe het geval was, dan moet je zorgen dat je goed vertrouwd raakt met de taal van de Illyriërs, die in haar wortels zeer veel overeenkomt met de Oud-Egyptische taal, welke vrijwel gelijk is aan de oorspronkelijke Hebreeuwse taal. Zonder die talenkennis zul je het door Mozes geschrevene nooit helemaal goed lezen en daardoor zelfs de woordelijke betekenis niet goed begrijpen. Als je echter de daarin voorkomende aardse beelden al niet begrijpt, hoe zou het je dan wel vergaan met de daarin verborgen geestelijke betekenis ook al had je duizenden regels en aanwijzingen?
[3] De huidige Joodse taal heeft vrijwel geen overeenkomst meer met de taal die Abraham, Noach en zelfs Adam eens gesproken hebben. Blijf jij echter in Mij in het geloof en in de liefde, dan zal het juiste begrip je ervan zelf bij gegeven worden., en dat, binnen niet zo erg lange tijd! Overigens zal het je niet schaden als je dikwijls in de Schrift zou lezen, want daardoor zal je ziel blijven zoeken en nadenken. - Ben je met dit antwoord tevreden?"
[4] CORNELIUS antwoordt: "Ongetwijfeld, Heer en Meester! Een terechte en op een zekere basis berustende hoop is meer waard dan het volle bezit van datgene waarop men hoopt. Daarom wil ik mij nu verheugen over datgene wat ik van U bezit. Ontvang daarvoor mijn hartelijke dank!"
[5] Toen onze Cornelius hiermee tevreden was gesteld, kwam meteen de oude, gewezen overste STAHAR naar Mij toe en zei: "Heer en Meester, wat wij allen nu uit Uw mond hebben vernomen, is een leer, die wij nu wel begrijpen, maar zal een ander die ook begrijpen als wij deze aan hem overbrengen? Wat hebben we met allemaal moeten vernemen, horen en zien om dat nu zelf te kunnen begrijpen; degenen echter aan wie wij dit nu moeten gaan vertellen, hebben vooraf nog niets vernomen, gehoord en gezien! Hoe zullen zij dat op de juiste wijze kunnen begrijpen?"
[6] IK zeg: "Vriend, waar zaten dan je oren, toen Ik meteen in het begin zei en dit jullie zelfs als een gebod oplegde, dat hetgeen jullie gedurende deze nacht hier allemaal zouden zien en horen aan niemand anders verraden mocht worden?! Dit moet voor de hele wereld verborgen blijven! Wie in de geest waarachtig wedergeboren wordt, zal vanzelf alles begrijpen; wie echter werelds blijft denken, zou dit zo dwaas vinden dat hij er zich aan ergert als hij er iets van hoort. Daarom is het beter dat de wereld er niets van hoort; voor jullie is het, opdat je krachtiger wordt, noodzakelijk om de geheimen van het rijk van God begrijpen en dat is voldoende voor de hele wereld!
[7] Wat jullie in Mijn naam moeten onderwijzen, weten jullie inmiddels voor het grootste deel; al het andere is voor jullie, die min of meer uitverkozen zijn tot leraren van het volk, een zegen opdat jullie zonder enige twijfel geloven dat Ik alleen van eeuwigheid Heer en Meester ben. Want als jullie het juiste en onwankelbare geloof hebben, dan zullen jullie ook gemakkelijk in jullie leerlingen het vaste en levende geloof wekken doordat je hun tevoren je eigen geloofskracht toont. Om deze echter in al haar kracht te kunnen laten zien, was het nodig dat jullie eerst overtuigd zouden zijn dat Ik uitgegaan ben van de Vader om in jullie vlees jullie allen de weg van het leven te tonen.
[8] Als jij dit nu hopelijk toch hebt begrepen, dan zul je nu ook wel weten wat jullie allen, wanneer je door Mij uitgezonden zult zijn, de volkeren moeten prediken. Heb God, jullie eeuwige Vader , boven alles lief en je naaste als jezelf, en houd je aan de geboden die God door Mozes aan alle mensen heeft gegeven, dan is dat reeds Mijn gehele leer die je aan de volkeren moet prediken; meer is niet nodig.
[9] Maar al het andere wat jullie hier horen, is voor jullie bestemd, zoals Ik je dat zoëven nogmaals heb uitgelegd. Nu weet je hopelijk wat je in de toekomst te doen hebt en waar je op moet letten, en daarom kun je wel weer naar je plaats teruggaan!" -Daarop gaat Stahar naar zijn plaats terug.
[10] Koning OURAN gaat nu staan en vraagt Mij: "Heer, Meester en God! U weet waarom ik op reis ging! Wat ik zocht, heb ik ook gevonden. Deze vondst is voor mij een grote weldaad en zal dit vast en zeker voor iedereen zijn die hem net als ik zal gevonden hebben! Zonder lering kan niemand dit echter vinden! Het is daarom de vraag wie onderricht moet geven, en wat er voor nodig is om een kundig leraar van het volk te zijn! Moeten de leraren als boden van de ene plaats naar de andere reizen en van het ene land naar het andere trekken, of zou het soms beter zijn om voor het volk scholen op te richten, deze te voorzien van de beste leraren, en de mensen wettelijk voor te schrijven deze scholen te bezoeken? Heer en Meester en God, ik verzoek U genadig mij daar een richtlijn voor te geven; want ik wil en zal alles doen waarvan U wilt en wenst dat ik het zal doen!"
«« 164 / 263 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.