De verbinding van de zintuigen met de hersenen.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)

«« 234 / 263 »»
[1] (DE HEER:) "Nu wij dit belangrijke, voorbereidende werk gezien en begrepen hebben, moeten wij, om het geheel te kunnen begrijpen, ook nog heel kort een blik werpen op de wijze waarop tenslotte de zielook de beelden uit de stoffelijke wereld op dezelfde hersenplaatjes in Iaat prenten.
[2] Kijk nu hierheen; nu moeten er ook beelden die door de ogen komen, op de hersenplaatjes aangebracht worden! -Ik wil het en dus geschiede het!
[3] Let nu vooral op de schrijfstiften of obelisken die voor twee vlakken geplaatst zijn, en zie eens hoe deze nu opeens helemaal donker zijn geworden! Het lijkt of ze met een zeer donkere vloeistof gevuld zijn, en kijk, daar staan wij allemaal, terwijl wij staan te praten, exact met de bomen en alles wat wij zien, op de hersenplaatjes getekend! Maar niet vlak en dood, maar ruimtelijk en levend!
[4] Iedere beweging die wij maken, wordt hier zowel enkelvoudig als duizendmaal duizend keer weergegeven en toch blijft een voorgaande of blijven ook duizend voorgaande houdingen die in de inwendige kamertjes van de piramide getekend staan, steeds voor het oog van de ziel zichtbaar, voortdurend door het geestelijke licht van de ziel verlicht; en dat veroorzaakt dat, wat men ten dele, geheugen' en ten dele 'herinnering' noemt, omdat het in het inwendige van de hersenpiramiden bewaard wordt. Dit bewaarde wordt echter door veelvuldige weerkaatsing zodanig vermenigvuldigd, dat men een en hetzelfde voorwerp dan ontelbare malen met zich mee kan dragen.
[5] Zo draagt ieder mens, vooral in zijn ziel en onnoemelijk meer nog in zijn geest, de gehele schepping van haar grootste tot haar kleinste deeltje met zich mee, omdat de mens zelf daaruit is voortgekomen.
[6] Wanneer hij nu naar de sterren of de maan of de zon kijkt, wordt dat alles weer opnieuw in zijn brein op de nu getoonde wijze ingeprent, en de ziel kijkt ernaar en beleeft daar een waar genoegen aan, en het geziene wordt door het ware genoegen van de ziel meteen in het inwendige en binnenste van de hersenpiramides, natuurlijk op zeer kleine schaal, veelvoudig, langs de weg van de innerlijke reflexie, ingegraveerd en het kan altijd weer door de ziel gevonden en nog beter bekeken worden.
[7] Alle afbeeldingen uit de sfeer van de buitenwereld worden op zich weliswaar slechts zichtbaar als donkere beelden; maar de daarachter staande lichtende beelden uit een betere levenssfeer verlichten de natuurbeelden, en die zijn daardoor zelf, en in al hun onderdelen, voldoende verlicht, zodat de ziel de inwendige opbouw daarvan goed kan doorzien, onderzoeken en begrijpen.
[8] Bovendien staat echter vooral het voorhoofdsbrein in een constante verbinding met de reuk en smaakzenuwen, zoals het achterhoofd met de algemene gevoelszenuwen. Die laten dan ook op de speciaal daarvoor bestemde hersenplaatjes bepaalde kenmerken achter, waardoor de ziel meteen en moeiteloos weer weet hoe bijvoorbeeld de een of andere bloem of zalf ruikt, of hoe de een of andere spijs, vrucht of drank smaakt en ook ruikt; want er is zo'n voorziening getroffen, dat ieder reuk en smaakplaatje door heel gevoelige zenuwen strikt in verbinding staat met het een of andere voorwerpplaatje.
[9] Zodra nu een bekende geur de reukzenuwen van iemand prikkelt, meldt er zich meteen een overeenkomstig reuk of smaakplaatje, en van daaruit wordt direct het overeenkomstige voorwerpplaatje geactiveerd, waardoor de ziel op snelle en eenvoudige wijze te weten komt waar die geur of smaak mee te maken heeft. Ook meldt het algemene gevoel, via het achterhoofd, aan de ziel, wat de vorm en de hoedanigheid is van de zaak waardoor het gevoel is geprikkeld. Maar dit alles gebeurt duidelijk zichtbaar alleen bij een brein dat in hoge mate geordend is, zoals dat nu is getoond. Bij het andere, ongeordende brein zullen we ternauwernood vage overeenkomsten met dit geordende brein vinden, waarvan wij ons nu meteen feitelijk en praktisch zullen overtuigen.
[10] Aan de hand van de bouw van de plaatjes en de onregelmatigheid van de verdeling in hoofd en zijkamertjes zien jullie zo al dat dit tweede brein een mengsel is van allerlei stereometrische figuren, waaronder ook schijven, bollen, sferoïden en andere warrige massa's. De obelisken voor de vlakken zijn voor het merendeel niet als zodanig aanwezig, en waar zij zichtbaar zijn, lijken zij helemaal verschrompeld en zelden van gelijke grootte en sterkte!
[11] Hoe kan zo'n brein nuttig zijn voor een ziel? Dit brein kwam, zoals je het nu ziet, vanwege de eerder genoemde redenen reeds op deze wijze aangetast uit het moederlichaam. Maar wij zullen nu meteen zien, wat daarmee gebeuren zal tijdens de gebruikelijke wereldse ontwikkeling en wat het eind ervan zal zijn en welk doel het bereiken zal. Let nu allen goed op!"
«« 234 / 263 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.