Het gezegende landschap

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)

«« 132 / 244 »»
[1] 's Ochtends, nog meer dan een uur voor zonsopgang, kwamen enkelen van hen al aan de deur van onze waard, die ook niet kon slapen -hoewel hij met het oog daarop nog enkele slokken wijn had genomen. Toen de waard zijn buren aan hun stemmen herkende, stond hij stilletjes van tafel op en ging naar buiten om te weten te komen wat zijn buren al zo vroeg in de ochtend voor de deur van zijn huis deden.
[2] Buiten gekomen kende zijn verbazing geen grenzen en hij zei (de waard): 'Maar hoor eens, waar zijn wij nu eigenlijk? Mijn huis is nog wel hetzelfde; maar de omgeving is helemaal vreemd! Er zijn geen kale stenen meer, alles is groen en bloeit! En daar boven, op de steenachtige heuvel, waar nog nooit, zelfs niet de meest armzalige distel tevoorschijn is gekomen, staat een heel bos weelderige vruchtbomen, die bovendien vol rijpe vruchten zitten, hoewel het al laat in de herfst is! Nu zou ik echt graag naar boven gaan om mij daar geheel van te overtuigen; maar het is allemaal een heilig wonder van de Heer, en wij zullen er pas gebruik van maken als Hij aan onze zijde ons toestemming zal geven om dat allemaal te gebruiken.'
[3] Daar waren ook al zijn buren, die diep geroerd waren, het mee eens.
[4] Ze liepen rondom het huis om alle plekken van hun stukje land in ogenschouw te nemen, en toen ze aan alle kanten van hun stukje land een waar Eden zagen, kwam er geen einde meer aan het lofprijzen van Mijn naam.
[5] Tenslotte kwam Ikzelf nog voordat de zon helemaal op was naar buiten, en zij vielen allemaal op hun knieën en bedankten Mij voor zo'n zegening.
[6] Ik kalmeerde hen echter al gauw en raadde hun aan samen met Mij de voormalige steenachtige heuvel op te gaan om daar naar het opgaan van de zon te kijken en zich ook in de grote natuur ervan te overtuigen dat Mijn uitleg van die nacht de volle waarheid was.
[7] Wij beklommen de heuvel die, gerekend vanaf het huis, ongeveer driehonderd span * (* Een span is ongeveer 20 cm. Oorspronkelijk de afstand tussen de maximaal gespreide duim en wijsvinger.) hoger was dan het punt waar het huis stond.
[8] Vanaf deze geheel vrij liggende heuvel had men met name naar het oosten een wijd uitzicht en kon men ook de muren van Bethsaïda nog heel goed onderscheiden. Ook kon men in de richting van Afek kijken, maar vanwege de tamelijk grote afstand van enkele uren gaans niet veelonderscheiden.
[9] De waard bekeek echter eerst de vele, louter edele vruchtbomen van zijn heuvel, waar wij ons nu op bevonden.
[10] Toen hij klaar was met dit voor hem zalige bekijken en de zon al bijna zou opgaan, richtte ook hij zijn blik vol aandacht naar de zonsopgang en zei, toen de zon boven de lage horizon begon te stijgen (de waard): 'Nu zie ik duidelijk dat de grote zon werkelijk stilstaat en alleen de aarde, die van het westen naar het oosten draait, haar landen en plaatsen onder de stilstaande zon doorschuift!'
[11] En wat de waard zag, dat zagen ook zijn buren, en allemaal waren ze zeer verheugd dat ze dat nu ook zelf in de grote natuur hadden waargenomen.
[12] Terwijl wij zo ongeveer een uur lang naar het ochtendschouwspel keken kwamen er al enkele reizigers uit het oosten over de heerweg, die naar Damascus. en nog verder naar Perzië leidde. Deze reizigers, kleine kooplieden, die allerlei houten en aarden keukengerei op hun rug meedroegen om te verkopen, kwamen uit de omgeving van Damascus.
[13] Toen ze bij ons kleine dorp kwamen -dat ze wel kenden omdat ze twee tot drie keer per jaar over deze weg gingen en in de tien, eigenlijk ongeveer zestig steden vaste afnemers vonden voor hun waren, die ze heel goedkoop aanboden -bleven ze staan, en de een vroeg aan de ander of dit wel het dorp was waar ze af en toe wat zaken hadden gedaan.
[14] Aangezien ze nauwelijks een halfjaar geleden ook in deze streek waren toen die nog helemaal kaal was, begrepen ze niet hoe deze onbemiddeld~ bewoners dit voor het grootste deel kale landje in zo'n korte tijd dermate in cultuur hadden kunnen brengen -iets wat zelfs de rijkste mensen met de grootste vlijt nauwelijks in tien jaar hadden kunnen doen.
[15] Een van hen, die een jood van de oude stempel was, zei tegen zijn metgezellen: ' Als deze streek dezelfde is als die wij kennen, dan moet er ontegenzeglijk een wonder gebeurd zijn! Bij een van de profeten staat geschreven dat dit land nog eens groen zal worden, en wel ten tijde van de komst van de beloofde Messias. Men zegt dat er in Galilea een man uit de stam van David is opgestaan die wonderbaarlijke dingen doet.
[16] Alleen moet er in deze tijd niet veel waarde gehecht worden aan dergelijke wonderlijke dingen, omdat wij van alle kanten werkelijk belaagd worden door grote aantallen wonderdoeners.Want zolang alleen joden deze landstreken tot ver voorbij Damascus bezaten, hadden vreemde magiërs bij hen geen toegang; maar sinds dat allemaal aan de Romeinen toebehoort, mogen ze van alle kanten binnendringen en hun toverijen bedrijven, en zo nu en dan doen ze echt verbazingwekkende dingen -waar wij ons al verscheidene keren van overtuigd hebben.
[17] Waarschijnlijk zijn hier kort geleden ook zulke magiërs doorheen gereisd en hebben deze arme mensen een buitengewone weldaad bewezen. In Damascus hebben een paar jaar geleden enkele magiërs voor een rijke Immers ook een stuk kaal veld binnen een paar dagen in een groene weide veranderd.'
[18] De anderen zeiden: 'Nou ja, hier kan inderdaad wel iets dergelijks gebeurd zijn! Als we terugkomen zullen we wel meer te weten komen!'
[19] Daarna trokken ze verder in de richting van Afek
[20] Ik zei tegen de waard wat deze mensen tegen elkaar hadden gezegd, en zei verder: ' Als ze in de buurt van Afek komen, zullen ze nog minder herkennen waar ze zijn dan hier; want rond Afek is in een wijde omtrek van uren gaans gebeurd wat hier in jullie kleine landstreek gebeurd is. Als deze mensen terugkomen zullen jullie gemakkelijk met hen kunnen praten; want in de genoemde stad zullen ze wel dusdanige dingen te horen krijgen over hun man uit Galilea, dat ze hem niet meer met heidense tovenaars zullen verwisselen.'
[21] Daarna proefden we verschillende vruchten op de heuvel, die allemaal voortreffelijk smaakten, en begaven ons daarna weer naar de herberg, waar reeds een goed klaargemaakt ochtendmaal op ons wachtte.
«« 132 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.