Wat voor invloed het verbreiden van het evangelie heeft Over de wederkomst van de Heer

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)

«« 152 / 244 »»
[1] Met deze uitleg van Mij was de waard volkomen tevreden, en hij was het er mee eens.
[2] Maar enkelen van Mij? leerlingen, met name de bij Mij aanwezige leerlingen van Johannes, zelden: 'Heer, als het altijd zo zal gaan zoals het sinds de tijd van Noach tot nu toe is gegaan, dan is de aarde toch eerder een kweekschool voor de hel dan voor de hemel! Want wat zal het baten de volkeren het evangelie te verkondigen om hen tot echte boete of tot ommekeer van hun oude duisternis naar Uw levenslicht te bekeren, als satan direct daarna zijn oude spel weer zal voortzetten, waaraan we niet hoeven te twijfelen?
[3] Want behalve ons, die Uw ware leerlingen zijn, zullen er maar al te gauw een heleboel valse leraren en profeten opstaan en van U maken wat ze willen en de mensen zullen zich net als in alle tijden door allerlei bedrieglijke kun~ sten ,en toverwonderen zodanig door hen laten misleiden dat wij, Uw echte leerlingen, naast en onder hen ons leven niet zeker zullen zijn.
[4] Wat zal Uw huidige neerdaling de mensen in het algemeen baten? Weinigen zullen wel met angst en beven in Uw naam geloven en in het verborgene ook naar Uw leer handelen en leven -maar wee hen in deze wereld als ze als zodanig door de anderen herkend worden! Dan zal er aan de vervolging waarschijnlijk geen einde komen totdat het kleine aantal van degenen die U echt belijden van deze aardbodem zal zijn weggevaagd!
[5] Als de Israƫlieten in Uw tegenwoordigheid een gouden kalf konden maken, en het vereerd en geprezen hebben -hoeveel te meer zullen de tegenwoordig geheel verstokte mensen en zondaren van allerlei soort dat doen! Heer, hebben wij gelijk of niet?'
[6] Ik zei: 'Enerzijds wel - maar anderzijds niet; want van nu af aan zal Ik degenen die Mij echt belijden tot aan het einde der tijden wel zodanig weten te beschermen en te bewaren, dat de macht van satan hun weinig of niets zal kunnen doen.
[7] Maar zorg ervoor dat jullie het na Mij niet onderling oneens worden, omdat Ik ook jullie je vrije wil en je vrije inzicht moet laten! Als jullie het oneens worden, en de een dit en de ander dat als beter zijnde aanprijst, dan zullen jullie zelf de eerste steen leggen voor het valse profetendom en veelvuldige splijtingen veroorzaken in de leer die Ik jullie heb verkondigd.'
[8] Nu zeiden de leerlingen weer: 'Heer, dat zal wat ons betreft nooit gebeuren, aangezien wij getuige zijn van Uw leer en Uw daden!'
[9] Ik, zei: 'Dat zijn jullie wel, maar toch zal er van nu af gerekend geen jaar voorbijgaan en zullen jullie je aan Mij ergeren, Mij verloochenen en verraden! Waarlijk Ik zeg jullie nog meer: als Ik als jullie Herder binnenkort gedood wordt, zullen jullie als Mijn schapen verstrooid raken. Ik zal jullie na Mijn opstanding wel weer bij elkaar brengen en jullie, voorzien van alles, de wereld insturen om alle mensen Mijn evangelie over de komst van het rijk Gods op deze aarde te verkondigen, en jullie zullen vele aanhangers krijgen maar uit deze aanhangers zullen weldra volgelingen opstaan, die in jullie voetstappen treden en eveneens in Mijn naam zullen onderrichten.
[10] Degenen die geroepen zijn zullen niets bederven, maar naast hen de velen die niet geroepen zijn des te meer, en dan zal er weldra ruzie en twist onder hen optreden, en ieder van hen zal het doen voorkomen dat hij de volle, zuivere waarheid leert; Mijn leer zal weldra als aas zijn, dat de gieren al van verre ruiken, waar ze naartoe vliegen en dat ze tot op het bot opeten om hun lichaam te verzadigen.
[11] Het geraamte zal dan nog wel overblijven, maar slechts weinigen, die wijs zijn door Mijn geest, zullen onderkennen hoe het vlees, waarmee de botten vroeger bedekt waren, er naar waarheid uit heeft gezien. De meesten zullen echter nog zolang aan het geraamte blijven knagen, tot ze daarbij verhongeren.
[12] Dan zal er op de aarde natuurlijk veel geruzie zijn en tandengeknars, en de mensen die zo lang in de duisternis zijn geweest, zullen in hun nacht de troebele dwaallichten achterna rennen, in de mening daardoor een echt licht te verkrijgen; maar het herhaaldelijke uitdoven van zulke dwaallichten zal hen langzamerhand in henzelf tot de overtuiging brengen dat ze bedrogen zijn.
[13] Kijk, dan zal Ik wederkomen als een heldere bliksem, die van het oosten naar het westen licht verspreidt en alles verlicht wat er in, op en boven de aarde is; en dan zal de tijd komen, dat de valse leraren en profeten niets meer zullen bereiken bij de door de bliksem verlichte mensen!'
«« 152 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.