Een evangelie voor het vrouwelijk geslacht

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)

«« 10 / 276 »»
[1] IK zeg: 'Rustig aan, lief dochtertje! Je moet je daarom wat meer intomen en niet neuswijs zijn tegenover zeer ervaren mannen! Verder moet je nooit meteen op het uiterlijk afgaan met je oordeel, maar altijd rustig eerst afwachten wat de mannen die de wereld kennen over de een of andere ervaring te zeggen hebben.
[2] Heeft mogelijkerwijs iemand zich wat vergist, dan is het pas tijd hem er bescheiden en zacht aan te herinneren hoe en waar hij eventueel een slag in de lucht gemaakt heeft, -maar echt niet eerder!
[3] Want het zou geen pas geven als meisjes als eersten aan ervaren mannen de waarheid zouden vertellen; maar als de mannen zo nu en dan een onwijze stap naast de goede weg zetten, dan pas is het juiste ogenblik gekomen dat een vrouw tactvol en zachtzinnig naar voren komt en zegt: 'Mijn vriend, neem je in acht; want Je bent nu op de verkeerde weg! Zo en zo zit het in elkaar!' Dat zal de man veel genoegen doen en hij zal graag gevolg geven aan de vriendelijke, tactvolle en zachte stem. ..
[4] Maar met voorbarigheid gaat het niet, en het maakt de man gemakkelijk nors en slecht gehumeurd, en dan let hij vaak helemaal niet op de lieve, zachte stem van een vrouw, hoe meegaand zij ook is.
[5] Kijk, dat is ook een evangelie, maar alleen maar voor jouw sekse! De vrouw die hiermee rekening houdt, zal op aarde altijd goede dagen hebben, maar als zij geen rekening met dit evangelie houdt, zal zij het aan zichzelf te wijten hebben wanneer de mannen haar niet respecteren.
[6] Een echte vrouw is een symbool van de hoogste hemel -en een eigenzinnige vrouw die domineren wil, een evenbeeld van de satan, hetgeen al meteen een uiterst slechte, onderste en allerdiepste hel is.
[7] Verder mag een echte vrouw zeker nooit haar ergernis de overhand laten krijgen tegenover een man; want in het vrouwelijke wezen moet immers het grootste geduld en de grootste zachtmoedigheid en deemoed overheersen. In haar moet de man pas de ware rust vinden voor zijn onstuimige hart, en zelf zachtmoedig en geduldig worden! Als echter de vrouw uiteindelijk tegen de man zou gaan opspelen, wat moet dan de man wel doen, bij wie het er toch altijd al meer stormachtig dan vreedzaam uitziet?!
[8] Spreek dus nooit voor je beurt, Mijn dochtertje, ook al ben je nog zo lief, -anders zou je nog meermalen in de gelegenheid komen om je te moeten ergeren als iemand je weer terechtwijst! - Heb je Me goed begrepen?"
[9] JARAH zegt: 'Begrepen wel, - maar mijn hart heeft er moeite mee dat ik dom was en voor mijn beurt sprak. Ik heb nu toch al verscheidene uren gezwegen en dat was goed; ik had nu echter zin ook eens wat te zeggen, maar het zou beter geweest zijn als ik was blijven zwijgen. Maar van nu af aan zal mijn tong een rustdag krijgen zoals er in een vrouwelijke mond geen tweede is!'
[10] IK zeg: 'Mijn lieve dochtertje, dat is nu juist ook weer niet zo strikt noodzakelijk, maar zwijg alleen maar als je niets gevraagd wordt! Als men je echter wat vraagt en je zwijgt, zal de man dat aanzien voor grote eigenzinnigheid, boosheid en geraffineerdheid, en zijn hart van je afwenden.
[11] Dus: spreken op het juiste moment en zwijgen op het juiste moment, maar altijd vol zachtmoedigheid, liefde en overgave, dat is het mooiste sieraad van een vrouwen een heel lieflijk levensvlammetje, dat zeer geschikt is ieder mannenhart op te fleuren en hem meteen zacht en meegaand te maken!
[12] Bij jonge meisjes doet zich echter een hebbelijkheid voor die vaak heel sterk optreedt, en die heet ijdelheid, die niets anders is dan een uiterst gezond zaadje van de hoogmoed. Laat een meisje dat in zich opkomen, dan heeft zij reeds haar hemelse vrouwelijkheid verspeeld en is zij dicht genaderd aan de satanische vorm. Een ijdel meisje is nauwelijks waard om uitgelachen te worden, een trotse, hoogmoedige vrouw is echter een feeks onder de mensen en wordt daarom door iedereen terecht diep veracht.
[13] Wees jij daarom, Mijn dochtertje, nooit ook maar een spoortje ijdel en nog minder trots en hoogmoedig, dan zul je temidden van velen schitteren als de mooiste ster aan de hoge hemel! - Heb je dat allemaal goed in je opgenomen en begrepen?"
[14] JARAH zegt: 'O ja; maar wees alstublieft niet boos op mij omdat ik werkelijk echt dom was!'
[15] IK zeg: 'Wees daarover maar gerust! -Nu komt Marcus en zijn familie terug en wij zullen zien wat die ons allen te vertellen zullen hebben"
[16] Wanneer Jarah daar genoegen mee neemt en vooral over het punt van de ijdelheid diep begint na te denken, komt Marcus weer met zijn hele gezin naar Mij toe, en zijn vrouwen kinderen beginnen Mij hemelhoog te loven en te prijzen.
[17] Maar Ik zegen hen en zeg, dat zij zich van de grond moeten oprichten, en Ik zeg tegen vrouwen kinderen: 'Jullie weten waardoor jullie je voor altijd kunnen verzekeren van Mijn welgevallen en ook van Mijn hulp op ieder moment dat jullie die speciaal nodig zullen hebben, en heel in het bijzonder Marcus weet dat, die jullie naderhand in alles zal onderrichten.
[18] Maar omdat jullie je de hele tijd om het stoffelijk welzijn van Mij en Mijn leerlingen zo onverdroten en grondig bekommerd hebben, heb Ik alles wat je nu hebt gezien als een tegengeschenk aan jullie gegeven en Ik heb alles zo ingericht, dat het tot jullie tijdelijk en ook eeuwig voordeel kan dienen. Maar laat je nu ook door Raphaël tonen hoe alles gebruikt moet worden; want bij zo'n bezit hoort ook de kennis om het doelgericht te kunnen gebruiken!"
[19] Nu roep IK Raphaël en zeg tegen hem: 'Ga met hen mee en toon hun hoe alles naar behoren gebruikt moet worden; en laat de twee zoons ook zien hoe zij de vijf van zeilen voorziene schepen gebruiken moeten, en hoe zij zich daarmee ook iedere wind ten nutte kunnen maken! Daardoor zullen zij de bekwaamste en beste schippers op deze hele zee worden, en dan zullen weldra alle schepen op de grote zee op gelijke wijze uitgerust kunnen worden, wat de Romeinen goed van pas zal komen. " -Daarop vond snel datgene plaats wat Ik de engel had opgedragen.
[20] Maar IK zei ook tegen Cyrenius: 'Laat jij een paar van je schranderste dienaren meegaan, opdat ook zij iets leren voor jullie wereldse gebruik! Want Ik wil dat allen die Mij volgen, in alle dingen wijs en bekwaam zullen zijn." -Daarop zond Cyrenius meteen volgens Mijn advies enige dienaren mee en liet ook de knaap Josoë meegaan, omdat die een grote voorliefde had voor de scheepvaart.
«« 10 / 276 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.