0. Woord vooraf
1. Het aardse einde van de oude bisschop en zijn aankomst aan gene zijde
2. Bisschop Martinus' verveling en vereenzaming en zijn nadenken over iets wat afwisseling kan geven
3. Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids
4. Bisschop Martinus' ergernis over de lutherse tempel en het antwoord van de engel - Martinus' bereidwilligheid om als schaapherder te werken
5. In het huis van de engel Petrus - Een verklarend woord van de engel over Luther - Martinus' aanstelling als schaapherder
6. Bisschop Martinus' aangename, maar gevaarlijke verrassing in zijn nieuwe werkkring - De kudde schapen - een menigte mooie meisjes
7. Bisschop Martinus' beproeving en zijn onderricht door de engel Petrus
8. Bisschop Martinus' kritische monoloog en de belijdenis van zijn zonden
9. Verdere beproeving van bisschop Martinus' geduld en zijn galgehumor
10. Bisschop Martinus op dwaalwegen - Wenken van de Heer over geestelijke toestanden en de beelden die daarmee overeenkomen
11. De benauwde toestand van onze wandelaar; zijn verdere monoloog en zijn ergernis
12. Bisschop Martinus op het dode punt - Opname door het hevig verbeide schip - Martinus' dankrede aan de schipper, die de Heer Zelf is
13. De woorden van de goddelijke schipper over de zegen van de eenzaamheid - Een biechtspiegel ter bevordering van de zelfkennis
14. Bisschop Martinus' oprechte spijtbetuiging en zijn goede wil tot boete en verbetering
15. De boetepreek van de goddelijke schipper aan bisschop Martinus
16. Bisschop Martinus' schuldbekentenis - Zijn besluit bij zijn gids en redder te blijven - De engel Petrus als derde in het gezelschap
17. In de hut van de loods - Het gezegende ontbijt en Martinus' dank - Martinus' nieuwe werk met de vissers
18. Op visvangst
19. Bisschop Martinus' twijfels over de vergeefse arbeid - Petrus' goede verklaring onder verwijzing naar de ijdele geestloze verrichtingen van een roomse bisschop
20. De geestelijke betekenis van de visserij - De samenstelling van de ziel - Martinus' verontschuldigingen en de terechtwijzende woorden van de Heer
21. De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel
22. De deemoedige zelfkennis van bisschop Martinus en het ontwaken van zijn liefde - De veranderde omgeving - Het paleis met het vervuilde interieur
23. Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen
24. Bisschop Martinus' nieuwe opdracht – Brand blussen en levens redden - De slachtoffers van de brand krijgen onderdak en kleding
25. Het verschil in denken aan deze en gene zijde - Inleiding in de levende wetenschap van de analogieën - Martinus' dadendrang en inzichtsmoeheid
26. Martinus' bescheidenheid en deemoed - Het gezegende liefdemaal aan de tafel van de Heer
27. Martinus' merkwaardige ervaringen bij het gezelschap, dat het eerst is opgenomen - Martinus wil onderrichten en wordt zelf onderricht
28. Martinus als blinde rationalist in de val
29. De Heer laat de blinde Martinus zien, dat Hij Jezus is
30. Tweegesprek tussen de rationalist Martinus en de wijze man over de goddelijkheid van Jezus
31. Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man
32. Voortzetting van het gesprek over de goddelijkheid van Jezus
33. Bisschop Martinus herkent in Jezus de Heer - De vrees van de zondaar - Martinus wordt onderricht
34. Een heilige verlossingsscène - Martinus aan de borst van de Heer
35. Martinus' eerste zending en zijn ervaringen - Een ogenschijnlijke menagerie - 'Zonder Mij kunnen jullie niets'
36. Martinus' tweede bezoek aan de dieren onder leiding van de hemelse Meester - De redding van de verdwaalden
37. De hemelse maaltijd - Zegening van de zojuist verlosten en hun hemels thuis
38. Bisschop Martinus in zijn hemelse huis - De eerste verrassing – De inrichting van het huis
39. Bisschop Martinus alleen in de zaal van zijn huis - De beschouwing van de aardbol en de overige hemellichamen - Martinus' verveling
40. De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer
41. De heerlijkheden van Mars - Martinus' geestelijke afmatting en dwaze wens - Berisping door de Heer
42. De verrassingen achter de vijfde deur - De wondere wereld van Jupiter
43. Saturnus als mooiste van alle planeten - De aarde als school van Gods kinderen en plaats van de menswording van de Heer
44. Het zevende vertrek - Over het wezen en het doel van Uranus en zijn geesten - De schepping in de mens en buiten de mens in hun wederzijdse relatie
45. De wereld van Miron, het geheim van het achtste vertrek – Het geestelijke als grondoorzaak en drager van de gehele schepping
46. Het negende vertrek met zijn treurig geheim - De verwoeste wereld van de asteroïden en de geschiedenis hiervan
47. Het geheim van de tiende kamer - Over het wezen van het licht De wonderen van de zonnewereld - Schoonheid als uitdrukking van innerlijke volmaaktheid
48. Nog meer wonderbaarlijke ontdekkingen van bisschop Martinus op zijn zon - Waarom de volkeren van de zon verschillend van grootte zijn - Liefde en wijsheid als de ware grootheden van de geest - Martinus' klacht over de aarde en haar bewoners
49. Een blik op de maan door de elfde deur - Bisschop Martinus en de wijze van de maan
50. Verschil in de uitwerking van onderricht van buitenaf en van binnenuit - De pottenbakkerij
51. Een blik door de twaalfde deur op het kleinste zonnengebied Martinus' vermoeden van de grootheid en genade van God - De vorm van de mens als blijvende, overal gelijke basisvorm - Gevaren aan gene zijde voor de nog niet volledig wedergeborene
52. De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem
53. De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus
54. Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek
55. Over honger en dorst van onrijpe geesten - Martinus in licht benevelde toestand na zijn vespermaal - De ontnuchtering van de ondernemende Martinus door de vertoornde bewoner van Jupiter
56. Martinus' vergeefse poging om te slapen - Hij ontfermt zich over een schare ongelukkigen
57. Het beklagenswaardige gezelschap wordt gesterkt - Dank en klachten over hun lotgevallen - De toespraak van de geredden en het antwoord van Martinus
58. Nadere bijzonderheden over het nieuwe gezelschap van mannelijke en vrouwelijke dienaren van Rome - Een rooms-chinese missionaris
59. De werkijver van de roomse kloosterzusters - Loon naar werken
60. Martinus als vredestichter - De dwaze werkwijze van de schoolzusters en de gevolgen hiervan aan gene zijde - Martinus' waarschuwing
61. Toespraak van de dames van het H. Hart van Jezus - Hun verkeerde opvattingen wat betreft hun lichaam en hun geestelijke dwaasheid - Martinus' poging om inzicht te geven in de omstandigheden
62. Dialoog tussen een Jezuïet en bisschop Martinus - Belering van een zuster van Liefde die angst voor de hel heeft
63. Martinus' gesprek met twee andere Jezuïeten en twee Redemptoristen
64. Eerlijke bekentenis van de Minderbroeder - Rome als de schuldige - Beginnend inzicht en verbetering bij de Minderbroeders
65. Bisschop Martinus maakt de geestelijk blinde Jezuïeten ziende
66. De vergroting van hart en huis - Martinus wordt geroepen door de Heer
67. Verandering van de tuin - Borem als tuinman
68. Borems onderwijzende woorden over de weg naar de zaligheid
69. Een nieuw wonder voor bisschop Martinus: beproevingsscène van de Minderbroeders en Jezuïeten
70. Tweede scène van de beproeving der Jezuïeten en de verklaring ervan door Borem
71. Verbetering en ommekeer van één der Jezuïeten - De wraak van de 29 andere Jezuïetengeesten
72. Een blik in de zielsgesteldheid van de dames van het H. Hart van Jezus - Indringers in de kloostertuin - Aanval van de wraakzuchtige dames van het H. Hart
73. Martinus' opmerkingen en Borems wijze raadgevingen over de wegen van de eeuwige liefde - De brandende dames van het H. Hart
74. Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping
75. Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting
76. Harteloos gedrag van de dames van het H. Hart van Jezus tegenover hun ouders, die bij hen aankloppen - Het ingrijpen van de twee in het wit geklede mannen
77. Bazuingeschal van de twee mannen in het wit en ineenstorting van het klooster - De dames van het H. Hart van Jezus als reuzekikvorsen - Verhelderende rede aan de angstige ouders
78. Een duister Jezuïetenverhaal: De bedrogen vader - De geestelijke kant van de gebeurtenis
79. De ergernis van de oude man over Rome en over de lankmoedigheid van God - Gelijkenissen over het geduld van de Heer
80. Gelijkenis van de tarwe - en distelsoorten - Het ontwaken van de liefde van Martinus voor de Heer - Voortzetting van de scène met de dames van het H. Hart van Jezus
81. Het verdwijnen van de kikvorsen in de zee en het op de zee wandelen van de zoekende ouders - Borems toelichting
82. Het optreden van de dames van het H. Hart van Jezus - De helse storm op zee - Het vangen van het stormgespuis in een zak – Borems toelichting
83. Martinus' verlangen naar de Heer - De vissen in de zak – Het sorteren van de vissen - De kelk, het vat van genade en andere analogieën - Het begin van de verlossing van Martinus' geest
84. Begin van het derde tafereel van het hemelse drama - De genadekelk met het kokende water - De helse muur
85. Het naderen van de catastrofe - De oude slang, de twaalf engelen van het oordeel en de afgrond - Heerlijke overwinning en kostelijke beloning
86. De eeuwige, grote held - De heerlijke verlossing - De gelijkenis van zaaien, groeien en oogsten - De grote oogst
87. Martinus' bescheidenheid, geleid door Borems wijsheid – Martinus in feestgewaad - De uitbreiding van het huis van Martinus
88. Begroeting van Martinus door het gelukkige gezelschap - Martinus' verwijzing naar de Heer als de enige weldoener - Het ene, wat nog ontbreekt
89. Martinus en de botanicus in de tuin - Nieuwe aanwas van ellendigen - De verlangde kostelijke beloning
90. Jezus als Heer, Vader en Broeder - Gelijkenis van de vorst en de ministers - Eerbied en liefde
91. Martinus' drang naar liefde tot de Heer - Opname van de Chinese martelaren en hun verkwikking
92. Het helende bad van de honderd lepralijders - Hun aankleding en hun dankwoord - Over het wezen van Lama - De vraag naar Jezus en het antwoord van de Heer
93. Pijnlijke weerziensscène onder de Chinezen - Het verhaal van de verraadster
94. Mooie, echte verzoening tussen Chanchah en de honderd Chinezen - De Heer en Chanchah
95. Chanchah’s verlangen, het wezen van de Heer te doorgronden - Het recept van de Heer - Chanchah' s vurige liefde tot de Heer
96. Wenk van de Heer om voorzichtig te handelen bij onrijpe zielen - Chanchah' s liefde tot de Heer in conflict met Chanchah' s liefde tot de Lama
97. Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast
98. Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid
99. Martinus in verlegenheid door Chanchah’s weetgierige vragen
100. Bisschop Martinus wordt door de Heer berispt - Hij krijgt wenken inzake zijn gedrag
101. Chanchah's hernieuwde vraag naar de grote Lama - Martinus' verlegenheid en loze uitvluchten - Chanchah' s antwoord: 'O jij arme ezel!'
102. Borems goede aanwijzingen over het innerlijke contact met de Heer en over de behandeling van stoïcijnse naturen
103. De gezegende vrucht van de vernedering van Martinus
104. Verzoening tussen de Chinese en Martinus - Over beledigen en vergeven in Chinese geest
105. De hemelse wet van de liefde en het geluk, dat deze teweegbrengt
106. Martinus in de knel door de verdere vragen van Chanchah
107. De uitleg van de Heer aan de vraaglustige, nieuwe hemelbewoonster - De gelijkenis van de dichtgebonden zak - De geruststelling van Martinus
108. De gelijkenis van de wijze opvoeding van kinderen
109. De kernvraag van de Chinese en de zeer kritische tegenvraag van de Heer - De geschiedenis van de ochtend - en de avondbloem
110. Voorbereidingen voor een hemels feest - Martinus' eerste reis met het hemelse vervoer
111. Gelijkenis van de Heer: twee menselijke planten in de tuin van Gods liefde - De menswording van God
112. Satan als monster in de zaal - Het versterkende maal – Gella herkent de Heer
113. Martinus' oren worden gewassen - 'Wie de eerste wil zijn, moet ieders dienaar zijn!'
114. Het gedaantewisselende wezen van Satan - Een aanwijzing over het karakter van Martinus - Het vermoeden van de nieuwelingen over de nabijheid van de Heer - Chanchah' s deemoedige schuldbekentenis
115. Aangrijpende verzoening tussen de Jezuïet Chorel en Chanchah - De vreugde van de Heer over Chanchah' s liefde
116. Een scène met Satan tot lering voor de kinderen Gods - Martinus' woordenstrijd met Satan - Martinus in het nauw - Raad van de Heer
117. Martinus' verzoeking door Satan in de verleidelijke gedaante van Satana
118. Borem richt Martinus op en licht hem beter in - De Heer vermaant Martinus - Bezit en bezitter zijn in de hemel niet te scheiden
119. Het tweegesprek van de Heer met Satan - Satans kwaadwillige trots - De gelijkenis van de ertsgieter - De geredde aanhang van Satan
120. Chanchah's ontwaken uit haar op een droom lijkende toestand - Uitleg van de Heer over de grote ontwikkelingsgangen en over Zichzelf
121. Chanchah' s buitengewoon grote geluk en liefde voor de herkende Lama - Liefde en wijsheid - De Heer als Vader en Broeder
122. Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah
123. Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering
124. Wenken tot genezing van de ziel - Geestelijke natuurgeneesmethode - Crisis bij de Chinese geesten - Over het wezen van jaloezie
125. Borem en de nonnen, die ziek van hart zijn
126. Lastertaal van de badende aanhang van de draak – Geruststellende uiteenzetting van de Heer
127. Bij de gesloten zonnedeur - De verhouding van licht tot werkzaamheid - Gedragswenken voor de sfeer van de wijsheid
128. Op de lichtgevende zon - De Heer als Laatste - Martinus als reisgids
129. Martinus' ontmoeting met Petrus en Johannes - Over het wezen van de liefde en de wijsheid bij de zonnemensen
130. Enkele vragen van Johannes om Martinus op de proef te stellen
131. Afdaling in een zonnevallei - Het zien van de geesten - Voorwaarden voor een snelle of langzame reis in het geestenrijk
132. Over het alomtegenwoordig zijn en het overal tegelijkertijd werkzaam zijn van de volmaakte hemel burgers - Martinus' bedenkingen en de weerlegging daarvan door Johannes
133. Martinus' gedachten over de alomtegenwoordigheid van God
134. Het antwoord van Johannes op de vraag van Chorel, of de hemelbewoners de aarde en haar toekomstige geschiedenis kunnen zien
135. De heerlijkheid van de zonnewereld en haar bewoners - Martinus' vrees voor de wijsheid van de zonnemensen en de gedragswenken van Johannes
136. De verrukte bisschop Martinus en de drie mooie zonnemaagden
137. Martinus in een examenstrijd met de drie zonnedochters - Tussen wijsheid en liefde
138. Martinus' motivatie voor het afwijzen van de wijsheidsprijs - Antwoord van diepe wijsheid van de zonnedochters
139. Martinus in de tang - De bemoedigende woorden van Petrus - Het goede antwoord van Martinus
140. Verzoek van de drie zonnedochters aan Martinus, hen te leren God lief te hebben - Martinus' kritische hoofdvraag - De in liefde ontvlamde zonnedochters omarmen Martinus
141. Dreigende houding van de drie zonnemannen - Martinus' krachtige weerwoord - Gehoorzaamheid van de drie zonnemannen op aanraden van hun geesten
142. De nieuwsgierigheid van de twintig ijdele nonnen – Heilzame verdeemoediging door de onthulde schoonheid van de drie zonnedochters
143. Medelijden van de drie zonnedochters met de flauwgevallen nonnen - Hun opwekking door de Heer - Het gesprek van Johannes en Martinus met de zonnedochters over de Heer
144. Verbazing van Chanchah en Gella over de schoonheid van de drie zonnedochters - Lof van de Heer voor Martinus als mensenvisser - Het openstaan voor genade en het aannemen ervan
145. De Heer en de drie zonnedochters die rijp zijn voor de liefde
146. Moeilijke voorwaarden voor het bereiken van het kindschap van God op aarde
147. Kritiek van de drie schoonheden over het kindschap Gods op de aarde vol ontberingen
148. Voortzetting van de toespraak door de drie zonnedochters van de wijsheid
149. Ontnuchterende uitwerking van de wijsheid van de drie zonnedochters op Martinus' zekerheid omtrent zijn overwinning
150. Liefdevolle wijze gedragsregels van de Heer aan Martinus - Wenken over wat er innerlijk bij de drie schoonheden omgaat - Martinus' ergernis en de geruststellende woorden van de Heer
151. Vraag van de drie schoonheden aan de Heer, waarom Hij en de Zijnen niet in hun woningen zijn gekomen - Het wijze antwoord van de Heer
152. Verdeemoedigende werking van de lichamelijke schoonheid van de drie zonnemeisjes op de andere vrouwen - Martinus' donderpreek en de raad van de Heer aan de geërgerde vrouwen
153. Geruststellende woorden van de drie zonnekinderen - Martinus opnieuw in verzoeking - De vrouwen van de aarde in harmonie met de vrouwen van de zon - Het bevel van de Heer om in de woningen van de zonnedochters te trekken
154. Over de ware wijsheid en de schijnwijsheid van de zonnewijzen De wet van de bloedschande onder de zonnebewoners, een kunstgreep van Satan! - Over het doel van de komst van de Heer
155. Wijze toespraak van Chanchah - Slechte wetten en goede wetten - Zonder strijd geen overwinning - Waarom de Heer nu pas bij de zonnedochters komt
156. Het juiste vermoeden van de zonnedochters over het wezen van de Heer - Aankomst in het paleis van de zonnebewoners - Bewonderende woorden van Chanchah en Gella
157. Ernstige bedenkingen van Chanchah bij het zien van de pracht en praal - Over de van liefde vlammende pracht des harten - Allerlei tegenwerpingen
158. Martinus' blinde ijver tegen de ceremoniële diensten van de zonnebewoners - De wijze woorden van de Heer over tolerantie Martinus' gesprek met Petrus over de terechtwijzing van de Heer
159. Muziek van de zonnewereld - Ernstige vermaning van Petrus aan Martinus om zijn zinnelijkheid te overwinnen
160. Martinus' neerslachtigheid en vertwijfeling – Bemoedigende woorden en vermaning van Petrus
161. Martinus' gemakkelijke overwinning in het gesprek over de wijsheid met de domme, trotse oudste van de zonnetempel
162. Over het ware geloof en de vrijheid van de geest - Het geestelijk ontwaken van de oudste
163. Petrus geeft informatie over het gezelschap dat is aangekomen en over het doel van zijn bezoek - Bedenkingen van de wijze over de zichtbaarheid van God
164. Logische uiteenzetting van Petrus en het opheffen van de twijfel van de oudste der zon aangaande de zichtbaar aanwezige Heer
165. Johannes in tweegesprek met de wijze van de zon - De verhouding tussen Schepper en schepsel
166. Eenwording van de mens met God - Voorbeeld van de zee en de waterdruppel - Traagheid van de wijsheid van het verstand ten opzichte van de wijsheid van het hart
167. De Heer en Uhron, de wijze van de zon - Bekering van Uhron en diens goede antwoord - Martinus' instemmende woorden over de toespraak van Uhron
168. Uitwerking van Uhrons bekering op diens huisbewoners – De intrede in het zonnehuis
169. Uhrons goede begroetingstoespraak - Genadevolle mededeling van de Heer aan Uhron - De zonnemensen geroepen tot het kindschap Gods - Een treurig getuigenis over de mensen op aarde
170. Het samenstromen van de volkeren van de zonnegemeenschap Opdracht tot prediken aan Martinus en zijn angstige bedenkingen - Het heerlijke gezang en de uitwerking daarvan op Martinus
171. Gedragswenken van de Heer aan Martinus - Over de cursus in toorn - Hoe Satan moet worden aangepakt - Martinus' omzichtigheid voor het begin van de prediking - Geweldige bedreigingen van de vijand - Martinus' geruststellende woorden tot de angstige menigte - Troostrijke woorden van de Heer
172. Martinus' prediking tot de vergadering van de zonnemensen - Beproevingen op aarde als voorwaarde voor het kindschap Gods
173. Voortzetting van de toespraak van bisschop Martinus – Verschil van levensomstandigheden op de zon en de aarde
174. De prediking van Martinus veroorzaakt opwinding en maakt indruk bij de zonnemensen - Tweegesprek tussen Uhron en Martinus
175. Slot van de toespraak van Martinus en een wenk omtrent het doel ervan - De voorwaarden voor het kindschap van God - De woorden van dank en goedkeuring van de wijze
176. De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron
177. Nogmaals verduidelijking van de vraag over het kindschap Gods door Petrus - Zijn kritiek met betrekking tot de bloedschande onder de zonnemensen
178. Petrus' voorstel om te danken en te bidden - Uhrons veelzeggende afwijzing van een smeekbede tot God
179. Petrus als leraar in het bidden van het Onze Vader - Waarom het bidden hoger staat dan het danken - Petrus' belangrijke vraag aan Uhron in opdracht van de Heer
180. Het bevestigend antwoord van de wijze zonnemens aan Petrus - Zijn kritiek op de beloften van de Heer
181. Toespraak van Johannes over de geestelijke betekenis van de beloften van de Heer - De profetische voorstelling van het nieuwe huis en de nieuwe stad als nieuwe belofte van de Heer - Uhron wijst het als dom en loos gepraat af
182. Uitleg van het profetische beeld van Johannes - Ontwakend begrip en vertrouwen van de wijze zonnemens
183. De ontvangstgroet van de zonnemensen aan de Heer – Diens toespraak tot de zonnewijzen - Deemoed als middel tot verlossing van de lichte last der nieuwe levensregels voor de schepselen
184. Het goede antwoord van de wijze
185. Vreugdewoorden en woorden van dank van de wijze - De overstroomde boomgaarden - Verdrijving van Satana door Petrus en Martinus
186. De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud
187. Liefdesmaal van de Heer bij de zonnemensen - Waar de juiste plaats van de Heer is
188. Over de eeuwige zegen aan de tafel van de Heer – Plotselinge verandering van de drie zonnedochters - Wenk over de macht van de liefde en haar wonderen
189. Martinus' menselijk voorstel tot het onschadelijk maken van Satan - Wenk van de Heer over het toelaten van de boze werken van Satan - Martinus' volmacht om Satan uit te bannen
190. Martinus met zijn hemelse begeleiders op de plaats van de verwoesting - De door Martinus veroordeelde Satan - Martinus' medelijden met de huilende Satan en diens bevrijding
191. Oproep aan Satan door Martinus - Satans poging tot rechtvaardiging
192. Martinus' verstandige antwoord aan Satan - Satan antwoordt op Martinus' voorstellen vanuit zijn grootheidswaan
193. Martinus' verdere goede voorstellen voor het heil van Satan - Diens verdere bedenkingen - De scheppingsorde voor en na de menswording van de Heer
194. Nogmaals een poging van Martinus, om Satan het verkeerde van zijn stijfkoppigheid duidelijk te maken
195. Het antwoord van Satan aan Martinus, die hij hovaardij verwijt
196. Martinus, Johannes en Satan - Martinus' eerlijkheid en de wijsheid en vastbeslotenheid van Johannes - Satans geest van tegenspraak en verwijt aan Johannes - Het antwoord van Johannes
197. De woede van Satan - Martinus' vrees en de rust en duidelijkheid van Johannes - De onafhankelijkheid van de kinderen Gods van Satan
198. Woordenstrijd tussen Johannes en Satan over Gods alomtegenwoordigheid en het ontstaan van het kwaad - Satan in zijn soort een triomf van de Schepper - Het bewijs van Johannes over de werkelijke verlossing van het kwaad
199. Uitnodiging van Johannes aan Satan, om verdere vragen te stellen - Satans grootheidswaan en hoogmoedig antwoord - Bevel van Johannes aan Satan om de zon te verlaten - Satans verzoek om consideratie
200. Satan in tegenstrijdigheden verwikkeld - Satan, de verderver en verleider - Nieuw vredescontract tussen Johannes en Satan
201. Blijde thuiskomst in het huis van Shonel - Lovende en vooral tot Martinus gerichte ontvangstwoorden van de Heer - Zijn grote troostrijke belofte: vanuit het oordeel tot het heil
202. Het loon van de overwinnaar - Het hemelse huwelijk als hoogste voleinding van de goddelijke orde - Over het wezen van de vrouw - Martinus' goede keus en overgave aan de wil van de Heer - Een wenk over het hemelse huwelijk - Martinus' hemelse missie als voleindigde
203. Toespraak van Martinus, de nieuwe beschermengel, aan zijn zonnegemeente - Uhrons goede antwoord aan Martinus - Zijn verzoek aan de Heer en Diens Amen
204. Terugkeer van het hemelse gezelschap - Een werk van barmhartigheid - Bezoek aan de galerijen van het huis van Martinus - De weg naar de Stad Gods - Heerlijke ontmoeting en begroeting